1Besluit actualisering mandaat- en vertegenwoordigingsbesluit
De raad van de gemeente Boarnsterhim;
gelet op de Gemeentewet en Hoofdstuk 10, Titel 10.1, Afdeling 10.1.1 van de
Algemene wet bestuursrecht;
besluiten:
1in te trekken het mandaatbesluit Raad 2010 met dien verstande dat dit besluit van
toepassing blijft op aanvragen die zijn ingekomen voor de inwerkingtreding van
onderstaand besluit;
2. vast te stellen het onderstaande mandaat- en vertegenwoordigingsbesluit raad
2011, waarvan deel uitmaakt het mandaat- en machtigingsregister;
3. dit besluit te publiceren in de Op 'e hichte en in werking te laten treden op de dag
na publicatie.
MANDAAT- EN VERTEGENWOORDIGINGSBESLUIT RAAD BOARNSTERHIM 2011
Artikel 1 Begripsomschrijving
In dit besluit en in het register wordt verstaan onder:
a. mandaat: de bevoegdheid om namens een bestuursorgaan besluiten te nemen,
handelingen te verrichten en informatie op te vragen of te verstrekken.
b. mandaatgever: het bestuursorgaan dat het mandaat verleent.
c. gemandateerde: diegene die de opdracht heeft ontvangen om het betreffende
mandaat uit te voeren.
d. de raad: de raad van de gemeente Boarnsterhim.
e. het bestuursorgaan: de raad van de gemeente Boarnsterhim.
f. (routine)correspondentie: algemene correspondentie, niet zijnde besluiten, nodig
voor de voorbereiding en uitvoering van besluiten, het opvragen en geven van
informatie e.d.
g. register: het mandaat- en machtigingsregister dat deel uitmaakt van dit besluit.
Artikel 2 Algemene voorwaarden
1De beslissing wordt namens de raad geschreven of de informatie wordt namens de
raad verstrekt of opgevraagd.
2. Indien de besluitvorming meer dan één afdeling aangaat, dient overeenstemming te
bestaan over de inhoud van het besluit. Indien geen overeenstemming over het te
nemen besluit wordt bereikt, legt de gemandateerde de beslissing aan het
bestuursorgaan voor.
3. De gemandateerde mag zijn mandaat niet ondermandateren zonder overleg met en
toestemming van de mandaatgever, tenzij in het mandaatregister anders is vermeld.
4. Bij de uitoefening van het mandaat wordt het daaromtrent gestelde bij of krachtens
wetten, besluiten, verordeningen, regelingen, beleidsregels, aanwijzingen en
richtlijnen, hoe ook genaamd, van Europese, rijks-, provinciale en gemeentelijke
wetgevers of andere bestuursorganen in acht genomen.
5. Indien de gemandateerde het voornemen heeft van vastgesteld beleid af te gaan
wijken dan mag de gemandateerde geen gebruik maken van het toegekende
mandaat maar dient het te nemen besluit aan de mandaatgever over te laten.
6. Bij overschrijding van voor het besluit bestemde budgetten is het gebruik maken van
mandaat niet toegestaan.