veelheid stroom kunnen garanderen. Voor een windproject van beperkte omvang is dat heel las
tig, omdat een windturbine geen constante toelevering heeft; op dagen dat het waait, levert de
turbine meer stroom dan op dagen dat het windstil is. Grote energieleveringbedrijven hebben toe
gang tot dermate veel producenten, dat het effect van één turbine wegvalt. Turbines elders of
andere energiebronnen compenseren het effect wel. Al deze voorwaarden voor het leveren van
elektriciteit maken dat het voor de eigenaren van de windturbines (de producenten) nagenoeg
ondoenlijk is, hier aan te voldoen.
Het hiervoor genoemde punt dat windturbines niet een constante toelevering hebben, is dan ook
een nadeel van windenergie. Wanneer het windstil is, draait de turbine niet, dus kan het geen
energie leveren. Vanaf een windsnelheid van 2m/s (windkracht 2) schakelen windturbines in. Als
het te hard waait, kan een turbine ook afschakelen; dit gebeurt bij een gemiddelde van 10 minu
ten windsnelheid 25 m/s (windkracht 10 zware storm). De huidige generatie turbines is echter
zo ontwikkelt dat deze bij een zware storm ook doordraaien Zo wordt een plotselinge dip in de
stroomleverantie aan het net als gevolg van het afschakelen van windturbines voorkomen.
Op momenten dat turbines geen energie kunnen leveren, maar er wel een energievraag is, is het
noodzakelijk dat energie op een andere manier wordt opgewekt. Er dient daarom altijd een ach-
tervang aan energieproductiemiddelen voor de windturbines aanwezig te zijn.
Aangezien energieleveranciers de beschikking hebben over meerdere energiebronnen en energie
leveranciers (waaronder windturbines), wordt het feit dat bepaalde turbines niet draaien wel op
gevangen door die overige bronnen of door windturbines elders (de windsterkte is immers lokaal,
dus als het hier windstil is, waait het elders wel). Zo wordt de constante levering van elektriciteit
voldoende geborgd.
Qua rendement en windzekerheid ligt onze gemeente vrij gunstig; de gemiddelde windsnelheid
over de afgelopen 20 jaar is hier 8,5 - 9 m/s op 100 meter hoogte (www.senternovem.nl). Van
uit het veld wordt echter wel aangegeven dat de genoemde snelheden in de praktijk ongeveer
0,5m/s lager uitvallen.
Boarnsterhim valt hiermee in de op twee na hoogste categorie van Nederland qua gemiddelde
windsnelheden (100 meter is gemiddeld genomen de masthoogte van een hedendaagse windtur
bine).
Hoe harder het waait, hoe meer elektriciteit geproduceerd wordt en efficiënter de turbine. Gelet
het feit dat onze gemeente qua wind vrij gunstig scoort, zal hier dan ook een goed rendement
kunnen worden behaald. Naast de hoeveelheid wind en de windsnelheid, geldt tevens dat des te
hoger de masthoogte (op grote hoogte waait het harder) en des te groter de rotordiameter, des te
meer elektriciteit de windturbine levert en dus des te effectiever ze zijn.
Conclusie is dat het realiseren van windturbines binnen onze gemeente zal bijdragen aan een
duurzamere ontwikkeling.
3.2 Ruimtelijke component
Deze paragraaf gaat in op de landschappelijke inpasbaarheid van een cluster windturbines. Een
dergelijk cluster is niet op elke plek gewenst in de gemeente. Vanuit landschappelijk en functio
neel oogpunt worden gebieden uitgesloten voor de plaatsing van windturbines. Daartegenover
wordt gezocht naar kansrijke gebieden. Dit zijn gebieden waar de windturbines zo goed mogelijk
aansluiten bij het landschap. Uiteindelijk worden er voorkeursgebieden aangewezen waar eventu
eel een cluster mogelijk is. Zoals eerder aangegeven wordt er binnen de gemeente één cluster
van maximaal tien windturbines toegestaan.
Ruimtelijke aandachtsgebieden vanuit gemeentelijk perspectief
Het open, uitgestrekte landschap is één van de kenmerken en grootste kwaliteiten van het bui
tengebied van de gemeente Boarnsterhim. In het buitengebied komt vrijwel geen opgaand groen
Pagina 10
3 03 Bylage Notitie windenergie 3 aangepast na reacties 6-4-'111/bptb/10