4. Organisatie: voortgang en evaluatie De regionale samenwerking tussen negen gemeenten in Noordwest-Fryslân moet worden gezien als een groeiproces waarin in geleidelijke stappen tot een nauwere samenwerking wordt gekomen. Sommige zaken kunnen snel in gang worden gezet, andere vragen meer tijd. Overlegstructuur Als start maakt de regio de volgende afspraken: 1Samenwerken op informele basis, er wordt geen aparte entiteit in het leven geroepen; 2. De betrokken ambtenaren van de regiogemeenten treffen elkaar vooralsnog drie tot vier keer per jaar om informatie uit te wisselen en zaken af te stemmen. De frequentie kan naar behoefte worden veranderd; 3. Eén keer per jaar zal de Provincie aansluiten bij deze projectgroep, voor een toelichting op de nieuwste cijfers, prognoses en andere relevante ontwikkelingen. 4. Het voorzitterschap in de projectgroep wisselt jaarlijks. Gemeente Leeuwarden neemt dit in het eerste jaar (2011voor haar rekening. 5. De leden van de projectgroep rapporteren aan hun portefeuillehouders. Als daar aanleiding toe is kan een gezamenlijke vergadering van de portefeuillehouders worden belegd (te beschouwen als de stuurgroep). Agenda 2011 Naast de reguliere zaken als afstemming en dergelijke zal de projectgroep zich in 2011 vooral richten op: 1het maken van een prioriteitstelling welke te revitaliseren en/of te herprofileren terreinen in de periode 2010-2013 daadwerkelijk in uitvoering kunnen worden genomen. De prioriteitsteling is mede afhankelijk van cofinancieringsmogelijkheden en de criteria van de provinciale regeling; 2. afspraken maken over de duurzame aanleg van nieuwe bedrijventerreinen (daarbij rekening houdend met duurzaam gebruik op bestaande terreinen door potentiële verhuizers en onder voorbehoud van verantwoorde prijsvorming); 3. afspraken maken over de ontwikkeling en het beheer van ruimtelijke kwaliteit op (nieuwe) bedrijventerreinen; 4. afspraken maken over het al dan niet aanpakken van onbebouwde leegstand, bijvoorbeeld door actief benaderen van eigenaren; 5. de mogelijkheden van samenwerking in parkmanagement voor grotere terreinen onderzoeken; 6. beoordelen of het al bestaande overleg met bedrijfsmakelaars in Leeuwarden zinvol kan worden uitgebreid tot de gehele regio; 7. de te verwachten uitkomsten van de BLM 2011 beoordelen op mogelijke consequenties voor de programmering; 8. als provincie Fryslân besluit tot een haalbaarheidsonderzoek van een provinciaal grondprijzenbeleid, zal de werkgroep daarin haar bijdrage leveren; Evaluatie van de samenwerking In het najaar van 2012 worden de werkzaamheden en het effect ervan geëvalueerd, voor zover er op dat moment al sprake kan zijn van effecten. Deze evaluatie wordt uiterlijk begin 2013 aan de portefeuillehouders gerapporteerd. Na goedkeuring door de portefeuillehouders wordt de evaluatie ter kennisgeving aan de Provincie gestuurd.

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2011 | | pagina 69