(Vm'.inrt bf'dnjvenen emr i:
er na overleg tussen Rijk en de betrokken provincie, door het Rijk uitstel
worden verleend.
c. In het provinciale programma bepalen provincies en (regionaal samen
werkende) gemeenten de regionale hcrstructurcringsopgavc en prioritcrcn
deze op het regionale schaalniveau.
d. De provinciale herstructureringsprogramma's bevatten minimaal de
info rmatie zoals beschreven in bijlage 4.
e. Rijk en provincies maken een indicatieve verdeling van de
herstructureringsopgave van 6.500 hectare over de provincies op basis van
de door provincies opgestelde herstructureringsprogramma's.
f. Provincies doen jaarlijks verslag van de voortgang van de uitvoering van
herstructurering in hun provinciale jaarverslagen.
g. Gemeenten voeren de projecten in de provinciale herstructurerings
programma's, als bedoeld in onderdeel b, uit.
Artikel 6: Rijksfinanciering van de herstructureringsopgave en
decentralisatie van de TOPPER-middelen
a. Het Rijk heeft tot en met 2013 maximaal 403,68 miljoen beschikbaar
om de hcrstructurcringsopgavc als bedoeld in artikel 5, onderdeel a te
ondersteunen. Deze rijksmiddelen zijn als volgt opgebouwd:
1. In bestaande (subsidie)regelingen 244 miljoen.
2. Fonds Economische Structuurversterking (FES) 52 miljoen.
3. Bedrijventerreinen EZ (nu TOPPER) 107,6 miljoen.
b. De rijksmiddelen in onderdeel a, subonderdeel 1, zijn opgenomen in
bestaande (subsidie)regelingen en worden via die regelingen en binnen
bestaande afspraken aan provincies c.q. gemeenten beschikbaar gesteld.
c. Rijk en provincies kiezen als maatstaf voor de verdeling van de rijks
middelen in onderdeel a, subonderdeel 3, voor het areaal bedrijven
terreinen ouder dan 10 jaar. De resultante van deze maatstaf voor de
verdeling van de middelen in subonderdccl 3 over de provincies is
opgenomen in bijlage 3.
d. Het Rijk decentraliseert de rijksmiddelen in onderdeel a, subonderdeel 3,
voor de periode van 2009 tot en met 2013 in het kader van dit convenant
aan de provincies ten behoeve van de regionale herstructureringsopgave
door middel van een decentralisatie-uitkering.
e. De rijksmiddelen in onderdeel a, subonderdeel 3 worden beschikbaar