9, Reactie in het kader van wederhoor Het raadslid van GB2000 de heer J.G. verklaart over de casus Eagum: In de raad was kritiek geuit op [voormalig wethouder mevrouw J.B.]. aangaande de activiteiten van haar echtgenoot de heer T.B. te Eagum. De heer T.B. heeft toen aangegeven zich geheel terug te trekken uit het project Eagum. Naturec BV was de nieuwe projectontwikkelaar aldus de mededeling van [voormalig wethouder mevrouw J.B.] Er is altijd geschermd dat Naturec BV de betrokken partij was ten aanzien van het ontwikkelen van het betreflende stuk grond en niet Noham BV. Maar Noham BV is feitelijk Naturec BV. Ik heb de oprichtingsakte van Naturec BV gezien en daarin staat aangegeven dat Noham BV voor 99 procent aandeelhouder is van Naturec BV. Het resterende percentage was in eigendom van de directeur van Noham BV. Noham BV is in eigendom van de heer T.B. of familie [van voormalig wethouder mevrouw J.B.]." D.d. woensdag 2 november 2011 heeft mevrouw J.B. per mail haar reactie gegeven op de conceptbevindingen in het kader van wederhoor. Onderstaand geeft haar reactie weer: U vraagt mijn reactie op het door u gemaakte stuk n.a.v. de gehouden interviews. Ik kan uiteraard slechts hetgeen ikzelf in de beide interviews heb verteld bevestigen. Andere geïnterviewden worden door u aangehaald, dus zullen zij dat zo hebben gezegd, het is hun beleving uit een periode die 5-9 jaar geleden is. De oud-burgemeester is vertrokken eind 2004 en heeft m.i. daarom gereageerd zoals hij heeft gereageerd. Over integriteitkwesties zijn wij het allebei duidelijk nog altijd eens. Als ik uit dit stuk met bevindingen voor mezelf een conclusie zou willen trekken, dan kan ik daarop zeggen dat er behoorlijke overeenkomsten zijn met hetgeen ik in mijn interviews tegen u heb gezegd en dat ik over kom als degene die zich altijd open en eerlijk naar anderen heb opgesteld. Voor mij blijft overeind staan dat ik in genoemde raadsperiode naar eer en geweten alle projecten die bij de gemeente in behandeling kwamen c.q. reeds waren, als houder van de wet heb behandeld en beoordeeld. Hierop is Eagum geen uitzondering geweest en aan bevoordeling van wie dan ook met welk project dan ook is door mij nooit gedaan. U heeft inzage gehad in collegestukken, commissie- en raadsverslagen die de feiten kunnen aantonen. Dat ik collegestukken heb afgeparafeerd lijkt mij heel normaal als het om jouw portefeuille gaat en die stukken leidden wel of niet tot een collegebesluit, wel/niet tot doorgeleiding naar de raad. Zo hoort het te gaan en is het gegaan. Dat sommigen spreken over gevoelens met betrekking tot het onderzochte projectzijn m.i. geen feiten. Feit voor mij is wel dat wij, mijn man en ik, vroeger privé en zakelijk gescheiden hielden en dat heeft ook voor privé en politiek gegolden. Dit moge u duidelijk zijn geworden uit de afzonderlijke gesprekken die u met ons heeft gevoerd: wij hebben vrijelijk de door u gestelde vragen beantwoord. Er is nooit een motie van wantrouwen tegen mij ingediend en de raad is akkoord gegaan met het door het dorp uitgewerkte voorstel voor de invulling van het betreffende gebied. Ik heb mij daar niet mee bemoeid, heb gewoon afgewacht waar het dorp zelf mee zou komen na de vele afgewezen c.q. ingetrokken voorstellen. In het laatste half jaar had ik als wethouder alle aandacht en energie nodig voor de ontwikkelingen rond de Brede School en de diverse overleggen over de 222 extra contingenten voor onze dorpen. Tussendoor werden zoveel mogelijk lopende zaken afgewerkt voor de verkiezingen in 2006. En dat er geen Rapportage Gemeente Boarnsterhim 17 november 2011 31

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2011 | | pagina 237