1 Aanleiding
Per 1 januari 2013 krijgen de mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt te maken met de Wet Werken
naar Vermogen (WWnV), inclusief een transitie van de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW). De WSW
zal alleen blijven bestaan voor mensen met een indicatie voor beschut werken. Het doel is om hiermee de
instroom in de WSW met twee derde te beperken. De mensen die niet in aanmerking komen voor beschut
werken binnen de WSW, zullen instromen in de WWnV. Hetzelfde geldt voor de Wajong doelgroep. Op
lange termijn zal het aantal mensen met een WSW en een Wajong uitkering hierdoor met twee derde
afnemen.
Deze transitie van de WSW gaat gepaard met bezuinigingen. In 2011 is al 120 miljoen bezuinigd en in
de komende jaren zal er verder worden bezuinigd. Dit wordt vooral gedaan door de jaarlijkse subsidie per
WSW SE af te bouwen tot 22.050 in 2015 en verder. De verwachting is deze subsidie afbouw zal leiden
tot tekorten op de WSW-budgetten bij gemeenten.
Om er zeker van te zijn dat mensen ook in de toekomst beschut kunnen werken is er een
herstructureringsfaciliteit sociale werkvoorziening in het leven geroepen. De faciliteit is bedoeld voor het
verdere herontwerp van de WSW. Voor deze transitieperiode is een faciliteit van eenmalig 400 miljoen
ter beschikking gesteld over de periode 2012 tot en met 2018. In dit document staat de aanvraag om
aanspraak te maken op de herstructureringsfaciliteit voor de gemeenten: Het Bildt, Franekeradeel,
Harlingen, Leeuwarderadeel, Menameradiel, Terschelling, Vlieland, Südwest Fryslan, Gaasterlan-Sleat,
Femsterland, Fittenseradiel, Skarsterlan en Boarnsterhim.
Deze gemeenten vormen via hun wethouders het bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Fryslan-
West.
1.1 Leeswijzer
In het volgende hoofdstuk wordt ingegaan op de noodzaak tot herstructurering van de WSW in de
genoemde gemeenten.
In paragraaf 2.1 wordt de ambitie van de betreffende gemeenten behandeld. Dit betekent dat er gekeken
wordt naar wat men wil bereiken met het herstructureringsplan.
In de daaropvolgende paragraaf 2.2 worden de plannen verder beschreven en onderbouwd. In paragraaf
2.3 wordt vervolgens ingegaan op de begroting van de herstructureringskosten van de aanvragende
gemeenten en het trekkingsrecht.
Paragraaf 2.4 gaat in op de govemance-structuur van het transitieproces. In de laatste paragraaf van
hoofdstuk twee 2.5 staat een risico inventarisatie met bijhorende beheersmaatregelen.