Jeugd en Gezin voortgekomen. In 2012 heeft elke gemeente een Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG), een be
langrijke partner bij (wijkgerichte) gezondheidsbevordering. Een CJG is een herkenbaar en laagdrempelig in-
looppunt in de buurt voor (aanstaande) ouders en jeugdigen (kinderen en jongeren tot 23 jaar) voor vragen
over gezondheid, opgroeien en opvoeden. Een CJG heeft ook een preventieve taak. Het gaat hierbij om vroeg
tijdige signalering en het voorkomen van problemen op het gebied van gezondheid, ontwikkeling, opgroeien
en opvoeden. In het jaarplan Integrale Veiligheid 2012 is de aanpak van het alcohol- en drugsprobleem onder
jeugd als prioriteit nummer één aangegeven. De raad heeft nadrukkelijk om extra aandacht gevraagd. Ook
door de politie is er verhoogde aandacht voor alcohol en drugs.
Er is overleg gevoerd met
H. Tanja (OOV), A. van der Zee (Fin), L. Haanstra (wijkagent), M. Groot (wijkagent), CJG-partners, VNN
Wettelijke/contractuele verplichting
Nee, het betreft formeel geen wettelijke dan wel contractuele verplichting. Wel heeft de gemeente een aan
tal verantwoordelijkheden in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (vormgeven preventief
jeugdbeleid) en Veiligheid. Bovenstaande interventies maken deel uit van een aantal maatregelen die in dit
kader genomen worden.
Financiële consequenties
Voor de periode september 2012 tot en met december 2014 is incidenteel een totaalbedrag benodigd van
56.848,50 voor de aanpak van alcohol- en drugsproblematiek. Dekking (budgettair neutraal) kan worden ge
vonden binnen onderstaande beleidsproducten.
Beleidsproduct
2012
2013
Uitvoering WMO
15.000
11.000
Jeugd- en Jongerenwerk
4.000
12.848,50
Centrum Jeugd en Gezin
14.000
Totaal per jaar
€33.000
€23.848,50
Totaal
56.848,50
Voor de duidelijkheid moet bij bovenstaande nogmaals vermeld worden dat het Programma Gezonde School
en Genotmiddelen qua uitvoering doorloopt in 2014 maar dat in 2012 en 2013 de financiering reeds heeft
plaatsgevonden. Na afloop van de werkzaamheden van de jongerenwerker en het lesprogramma zal geëvalu
eerd worden en opnieuw beoordeeld worden of (financiële) inzet op dit gebied noodzakelijk is.
Binnen deze beleidsproducten is er ruimte om keuzes te maken. Met betrekking tot de uitvoering WMO zijn er
middelen om afhankelijk van de behoefte en noodzaak op dat moment problemen aan te pakken. Bij jeugd-
en jongerenwerk wordt er in 2013 minder ingezet op trainingen BHV, Sociale Hygiëne en Iva. Dit kan nu omdat
de meeste bestuursleden van jeugdhonken deze opleiding inmiddels hebben gevolgd. Het budget bij Centrum
Jeugd en Gezin in juist bedoeld voor dergelijke activiteiten als preventie.
Het gaat om een 'incidenteel project' en het zijn geen middelen die jaarlijks over zijn. De bovengenoemde
budgetten kunnen dus niet meegenomen worden in de ruimtebesparende maatregelen.
Inzet onuitstelbaar?
Ja. Als we nu niets doen zullen de problemen en de gevolgen van drugs alleen maar groter en groter worden.
Drugsgebruik onder jongeren is een groeiend probleem. De drang om te experimenteren wordt steeds groter
bij de jongere generaties. Ook hebben deze "nieuwe jongeren" meer geld te besteden dan zeg pakweg 25 jaar
geleden. Veel ouders maken zich zorgen over het drugsgebruik van hun kinderen. Zo'n 3% van de 14/15 jarige
heeft wel eens drugs gebruikt. Bij 18 jarige is dit aantal gestegen tot bijna 40%. Van deze 18 jarige gebruikt
20% regelmatig.1 Harddrugs wordt door 3% van de 18 jarige jongeren gebruikt (alcohol niet meegerekend).
Hier zijn meerdere oorzaken voor aan te duiden. De meest voorkomende oorzaken zijn groepsdruk, experi
menteren of een trauma. Het gebruiken van drugs kan meerdere gevolgen hebben. Deze gevolgen kunnen zo
wel positief als negatief zijn. Over de effecten op (de lange) termijn van middelen die jongeren vaak gebrui
ken, zoals cannabis en ecstasy, is het volgende bekend:
Cannabis verhoogt de kans op het ontwikkelen van psychotische episodes bij jongeren die daar gene
tisch gevoelig voor zijn.
1 Bron: www.mens-en-samenleving.infonu.nl
2 02 collegevoorstel aanpak alcohol en drugsproblematiek jeugd def.doc/3 3/5