%Ym 4.5 Van zaaksgerichte naar persoonsgerichte aanpak Waar in het verleden de focus bij veiligheid vaak lag op de aanpak van zaken, is deze inmiddels verschoven naar de aanpak van de dader (persoonsgerichte aanpak). Zo staat niet meer iedere zaak op zich, maar wordt deze geplaatst in een bredere context met als doel patronen van criminaliteit te doorbreken en herhaling te voorkómen. Samen met de veiligheidshuizen is een belangrijke stap gezet in de aanpak van onder andere (problematische) jeugd, veelplegers, notoire overlastplegers en plegers van huiselijk geweld. Op basis van een breed persoonsdossier wordt in de persoonsgerichte aanpak gekozen voor een interventiestrategie die toegespitst is op de persoon, met mogelijke combinaties van straf-, civiel en bestuursrechtelijke instrumenten, en preventie, zorg en hulpverlening. Doel is steeds om recidive te voorkomen en daders te resocialiseren. Hierbij hoort ook de gemeentelijke taak voor de nazorg van ex-gedetineerden. Ook bij andere doelgroepen verschuift de aanpak. Ambitie; De persoonsgerichte aanpak wordt (door)ontwikkeld ter ondersteuning van de aanpak van de prioriteiten: jeugd, geweld, woninginbraken en georganiseerde criminaliteit. De persoonsgerichte aanpak wordt geborgd in onder meer de veiligheidshuizen en de Centra voor Jeugd en Gezin (CJG). De ambitie is dat iedere (potentiële) crimineel weet en voelt dat misdaad niet loont, door: Strafrechtelijke, bestuursrechtelijke, privaatrechtelijke en fiscale aanpakken; Het afpakken van crimineel vermogen; Snelle, eenvoudige en directe afhandeling. Het veiligheidshuis zet in op een sterkere verbinding tussen haar persoonsgebonden aanpakken en de aanpak van lokale (gebiedsgebonden) problematiek via zogenaamde veldtafels maar ook via de aanpak van jeugdgroepen en jongeren. Gemeenten regelen de nazorg van ex-gedetineerden. Zodra een gedetineerde vrijkomt en zich gaat vestigen in een gemeente, draagt zij zorg voor basisvoorzieningen als onderdak, inkomen, geldig ID-bewijs en noodzakelijke zorg (rol veiligheidshuizen) Politie en het OM actualiseren de lijst van beroepscriminelen, voorzien van hun criminele samenwerkingsverbanden en delen deze met de partners. Vervolgens maken ze afspraken met hen over het aanpakken van die beroepscriminelen en hun netwerken. Randvoorwaarden die nodig zijn voor een effectieve en efficiënte persoonsgerichte aanpak van zorgmijders of notoire overlastplegers worden gerealiseerd. Op basis van regionale afspraken kan met hulp van een gezamenlijk convenant de informatie-uitwisseling tussen partijen worden gerealiseerd en de aanpak van (gemeente)-grensoverschrijdende zorgmijders mogelijk worden gemaakt. Misdaad mag niet lonen. Plegers van strafbare feiten moeten ervaren dat hun gedrag negatieve consequenties heeft. Niet alleen voor het slachtoffer, maar ook voor hen zelf. Uitgangspunt is dat alle wettelijke mogelijkheden worden ingezet om daders te raken. Onder andere door sneller lik-op-stuk toe te passen en geldelijk gewin af te pakken. Naast interventies richting de dader wordt ook ingezet op genoegdoening richting het slachtoffer. Het vergoeden van de schade aan slachtoffers is daar een voorbeeld van. Niet alleen de kosten voor de toegebrachte schade, maar ook de kosten die gemaakt zijn om de schade te herstellen. Gemeenten hanteren waar mogelijk de wet Bibob om misbruik te voorkomen. Vergunningen worden ingetrokken als uit onderzoek naar voren komt dat niet meer aan de voorwaarden in de vergunning wordt voldaan. Panden worden gesloten, indien een inrichting wordt geëxploiteerd in strijd met de aan de vergunning verbonden voorschriften. Momenteel worden door de rijksoverheid de mogelijkheden onderzocht om niet-vergunningplichtigen ook zaken te kunnen ontnemen. Als er op dit vlak een instrument voorhanden is, gaan we dit toepassen. pt WS -V Regionaal beleidsplan Noord-Nederland 2013-2014 conceptversie 3.2 (5-09-2012) 18

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2012 | | pagina 48