7/12 Pagina 7 Reactie: In de visie was onder sub 5.5. ten onrechte opgenomen dat de kavel het totale oppervlakte is dat een woon bootbewoner gebruikt of huurt en dat hierover een vergoeding dient te worden betaald. Dat is aangepast. Er dient alleen een vergoeding te worden betaald over de totale oppervlakte van eigendommen van de gemeente (water, oever en/of walgrond) die een bewoner in gebruik heeft. Deze materie zal nader worden geregeld in een nog vast te stellen precarioverordering. De onderhavige verordening regelt deze materie niet. Vraag: De ligplaatsdefinitie bevat een strook oever van 2 meter op de wal. Indien deze in eigendom is bij de woon schipeigenaar, kan deze niet in de heffing worden betrokken. Als eigenaar hoef je niks te betalen over je ei gen bezit, toch? Kunt U dat bevestigen want er zijn woonschipeigenaren die zich daar erg zorgen over maken. Reactie: De gemeente kan alleen precariobelasting in rekening brengen voor het gebruik van gemeentelijke eigen dommen. In de precarioverordening wordt dit duidelijk omschreven. 13. Onduidelijkheid wederom over aanmeren extra boot bij woonschip. Visie pagina 13 De Kavel. Een water kavel is een begrensde ruimte waar je ark in ligt, je bijboot, vlot etc. Typisch voorwerpen die van ouds her zijn toegestaan. Vraag: Het is eenieder nu bekend dat elke woonboot een extra boot mag afmeren zonder kosten, zie ook pagina 29. Aan het eind van pagina 13 wordt echter opeens vermeld dat huur (indien van toepassing) niet wordt geheven over het waterkavel, maar enkel over 'het in gebruik hebbende oppervlak' daarvan. In dit geval is het gebruik van de hier genoemde tweede boot echter al vrijgesteld. Kan dat dan helder worden vermeld in de tekst of toelichting om misverstanden te voorkomen? De mensen raken zo snel in verwarring. Idem ook svp een verwij zing naar de bestemmingsplannen waar dat (en welke andere zaken) nu is geregeld. Dat aspect is nu niet meteen duidelijk uit de concept stukken te halen. Onduidelijkheid creëert onnodig wantrouwen en dat willen we niet. Een voetnoot helpt al. Reactie: In de Ligplaatsenverordening Boarnsterhim 2012 is opgenomen dat het verboden is om met een vaartuig een ligplaats in te nemen. In de ligplaatsenverordening is in artikel 2, lid 3 expliciet opgenomen dat dit verbod niet geldt voor het afmeren van ten hoogste twee vaartuigen voor eigen gebruik, bij woonschepen waarvoor een ligplaatsvergunning is afgegeven. Een verwijzing naar deze verordening kan worden opgenomen. 14. De welstandsnota spreekt terecht uit dat dit al gauw in een subjectief gebeuren kan ontaarden. Er wordt net als in 2009 aangegeven dat de kleur Wit een felle kleur zou zijn en dus is verboden. Vraag: Waarom is de kleur wit een probleem bij woonschepen als half Friesland vol staat met huizen die als 'witte schimmel' (dus in de kleur wit) worden aangeduid? Moeten alle witte arken nu worden overgeschilderd? Reactie: Woonschepen zijn veelal gelegen aan de rand van dorpskommen of in het open landschap. Het karakteristieke van het open landschap en het landschap aan de randen van dorpen moet behouden blijven. De woonschepen moeten zich voegen in het landschap. Door gebruik van de kleur wit of andere felle kleuren verdwijnt de na tuurlijke overgang van dorp naar landschap en ontstaat er strijdigheid met het open landschap als groen, landschappelijk element. In dat kader zijn felle kleuren en de kleur wit uitgesloten. Met betrekking tot de bestaande arken geldt dat deze onder het overgangsrecht vallen zoals in een eerdere reactie al is uitgelegd. 15. Verordening artikel 12 Intrekken ligplaatsvergunning vanwege niet permanente bewoning. Vraag: Een huiseigenaar mag zijn huis gewoon verhuren zonder vergunning. Dan mag een woonbooteigenaar dat, bv tijdelijk, toch ook? Reactie: Een woonschipeigenaar mag zijn woonschip, net als een huiseigenaar, (tijdelijk) verhuren mits het gebruik niet in strijd is met de bestemming. In het bestemmingsplan zijn ligplaatsen aangeduid met daarbij aangege- 3 02 Bylage AANGEPAST Reactie op vragen.doc/7

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 2012 | | pagina 49