hë#'
veiligheid en gezondheid. Het maakt in deze derhalve niet uit of een woonschip bouwvergunningsplichtig is
of niet. Zowel in het toekomstige bestemmingsplan als in de verordening worden dezelfde uitgangspunten
gehanteerd zodat een woonschip in beide gevallen aan dezelfde regels/voorwaarden dient te voldoen. Met
betrekking tot het onderdeel dient een woonschip welke onder de werking van de Woningwet valt, net als
een woningeen omgevingsvergunning te hebben en een woonschip welke niet onder de werking van de Wo
ningwet valt dient een ligplaatsvergunning te hebben.
Ligplaatsen zijn schaars in Nederland. Daarom is het van belang zorgvuldig met de aanwezige ligplaatsen om
te gaan. De ligplaatsvergunning is gekoppeld aan de ligplaats en woonschip zodat de ligplaats voor u als
woonschipbewoner ook gewaarborgd is. De vergunninghouder heeft formele toestemming om op die plek te
liggen. Er kan op deze manier nooit discussie ontstaan wie gebruik kan maken van de ligplaats. Op deze ma
nier kan er niet zomaar iemand een ligplaats innemen die om wat voor reden (onderhoud oid) even niet ge
bruikt wordt.
Tevens is het hebben van een ligplaatsvergunning veelal een voorwaarde bij het verkrijgen van een hypo
theek voor een woonschip. Vóór het passeren van de hypotheekakte (bij de eigendomsoverdracht) wil de
geldverstrekker meestal zekerheid over het op naam van de nieuwe eigenaar stellen van het ligplaatsge-
bruik.
Het is ook van belang om te kunnen bepalen wie belanghebbende is in het kader van eventuele toezicht en
handhaving. Tot slot is het ook voor de woonschipbewonereigenaar zelf van belang om bij eventuele proce
dures (bijvoorbeeld zienswijzen en beroep bestemmingsplan) aangemerkt te kunnen worden als belangheb
bende.
Vraag:
In de verordening is in artikel 10.1 lid d bepaald dat de bouwhoogte maximaal 4,5 meter boven de waterlijn
bedraagt. Volgens de woonschipbewoners zitten er aanpassingen in het bouwbesluit aan te komen voor deuren
waardoor een maat van 5 meter meer voor de hand ligt. De vraag is of hierop alvast geanticipeerd kan wor
den.
Reactie:
Op 1 april 2012 is het nieuwe bouwbesluit in werking getreden. Uit navraag blijkt dat er geen nieuwe herzie
ning in de planning staat. De gekozen maximale bouwhoogte van 4,5 meter blijkt met het huidige bouwbe
sluit afdoende te zijn. Mocht er in de toekomst een herziening komen met maatvoeringen welke een aanpas
sing van de verordening vragen dan zal de gemeente deze aanpassingen doorvoeren.
Vraag:
Tijdens de raadsvergadering heeft de VVD fractie ter overweging meegegeven een maximale maat van 25 m2
voor bijgebouwen bij recht toe te staan zonder ontheffingsmogelijkheden. Op dat moment is voor een ieder
helder wat er aan bijgebouwen gerealiseerd kan worden zonder dat er bij ontheffingsverzoeken een afweging
moet plaatsvinden. Het college kan deze lijn van de VVD volgen en wit de raad voorstellen artikel 10 in die zin
aan te passen dat elk woonschip 25 m2 aan bijgebouwen kan realiseren zonder de mogelijkheid tot ontheffing.
Tijdens de discussie werd gevraagd of de gemeente wou heroverwegen om naast voornoemde maat van 25 m2
toch nog een ontheffingsmogelijkheid op te nemen tot 50 m2 zodat grote kavels, mits voldaan wordt aan een
aantal voorwaarden, meer bijgebouwen kunnen realiseren.
Reactie:
Bij bovenstaande vraag 9 zijn wij ingegaan op de maatvoeringen van bijgebouwen. Hierin is aangegeven dat
het college de raad wil voorstellen artikel 10 in die zin aan te passen dat elk woonschip 25 m2 aan bijgebou
wen kan realiseren zonder de mogelijkheid tot ontheffing. Met betrekking tot de nu voorliggende vraag heeft
het college geoordeeld dat het in sommige gevallen mogelijk moet zijn een groter oppervlak aan bijgebou
wen te realiseren. Het college is wel van mening dat deze ontheffingsmogelijkheid, vanwege de kwetsbaar
heid van het open landschap, enkel mogelijk is voor woonarken in en aan de rand van de dorpskommen. De
oppervlakte voor bijgebouwen in het open landschap wordt reeds vergroot van 10 m2 naar 25 m2 en dat is
even groot als de oorspronkelijke afwijkingsmogelijkheid. Hiermee krijgen alle woonarken een groter opper
vlakte te realiseren bijgebouwen bij recht en de woonarken in de minder kwetsbare gebieden een onthef
fingsmogelijkheid met voorwaarden.
Pagina 9
3 02 Bylage AANGEPAST Reactie op vragen.doc/9
9/12
