a. De vergunninghouder is verplicht ervoor te zorgen dat het woonschip is aangesloten op het open
baar riool;
b. Het bepaalde in lid a is niet van toepassing voor zover uitsluitend hemelwater 'wordt geloosd;
c. Het college kan vrijstelling verlenen van het bepaalde in lid a, indien de aanleg van riolering niet
doelmatig is blijkens een door Provincie Fryslan afgegeven ontheffing van de zorgplicht op grond
van de Wet milieubeheer;
d. Indien het college de onder lid c bedoelde vrijstelling verleent dient de vergunninghouder er voor
te zorgen dat de afvalwaterlozing voldoet aan de eisen van waterkwaliteitsbeheerder Wetterskip
Fryslan.
Het bepaalde in het eerste lid is niet van toepassing:
- In delen van de gemeente waar geen openbare riolering aanwezig is;
- Voor zover uitsluitend hemelwater wordt geloosd.
Het college kan vrijstelling verlenen van het bepaalde in het eerste lid, als afvoer op een andere
manier zonder verontreiniging van water, bodem of lucht mogelijk is voor woonschepen die op
een grotere afstand van 40 meter van een openbaar riool zijn gelegen.
d.De in lid c bedoelde afstand wordt gemeten langs de kortste lijn waarlangs een aansluiting zonder
bezwaren kan worden gemaakt.
16.3 Aansluiting aan drinkwaterleiding
a. De vergunninghouder is verplicht ervoor te zorgen dat het woonschip is aangesloten op het distri
butienet van de openbare waterleiding.
b. Het college van burgemeester en wethouders kan vrijstelling verlenen van de verplichting, be
doeld in lid a, indien het schip is voorzien van een of meer drinkwatertanks waarvan de gezamen
lijke inhoud minimaal 250 liter bedraagt.
Artikel 17. Anti-hardheid
Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van het bepaalde in deze verordening, indien toepassing
daarvan zou leiden tot onevenredige onbillijkheid.
Artikel 18. Toezicht
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de bij besluit
van het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen personen.
Artikel 19. Strafbepalingen
Overtreding van artikel 3 lid 1 wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of een geldboete
van de tweede categorie.
Artikel 20. Binnentreden
20.1 Zij die belast zijn met het toezicht of de opsporing van een overtreding van de bij of krachtens deze
verordening gegeven voorschriften welke strekken tot handhaving van de openbare orde of veiligheid
of bescherming van het leven of de gezondheid van personen, zijn bevoegd tot het binnentreden in
een woonschip zonder toestemming van de bewoner;
20.2 Het binnentreden geschiedt met inachtneming van de daartoe bij of krachtens de wet gestelde regels.
Artikel 21. Inwerkingtreding en citeertitel
21.1 Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking. Alsdan vervalt de Woonschepenver
ordening Boarnsterhim 1994;
21.2 De verordening wordt aangehaald als 'verordening permanent bewoonde woonschepen 2012'.
Artikel 22. Overgangsbepalingen
22.1 Ligplaatsvergunningen, afgegeven op grond van de woonschepenverordening Boarnsterhim 1994 wor
den geacht vergunningen op grond van deze verordening te zijn.
Verordening permanent bewoonde woonschepen Boarnsterhim 2012/7