3. De Sociale opgave
Het bevorderen van participatie is één van de voornaamste opgaven in het sociale domein
van de gemeente. Ook de vastgestelde gemeentelijke visie in het kader van de Wet Maat
schappelijke Ondersteuning (WMO) sluit hierbij aan en luidt als volgt;
"Alle inwoners van onze gemeente Boornsterhim, jong, oud, gehandicapt of niet en onge
acht maatschappelijke of economische positie, nemen actief deel aan de samenleving en
wonen zo lang mogelijk zelfstandig. Er is speciale aandacht voor kinderen/jongeren en
ouderen.
Mensen doen mee aan de Boarnsterhimse samenleving op basis van eigen kracht en zorg
voor elkaar. Zorg en aandacht voor elkaar is zowel gericht op de eigen sociale kring (ge
zin, familie, vrienden) als op de sociale omgeving zoals de buurt of het dorp. Vrijwilligers
en mantelzorgers zijn actief en worden gewaardeerd.
De gemeente Boarnsterhim biedt ruimte aan initiatieven van burgers en organisaties en
faciliteert haar inwoners met goede basisvoorzieningen en zorgt dat die voorzieningen
voor iedereen toegankelijk zijn. Mensen die niet op eigen kracht kunnen meedoen, kunnen
rekenen op ondersteuning onder verantwoordelijkheid van de gemeente. Ook hier is het
aanbod op maat en zoveel mogelijk gericht op het versterken van de eigen kracht van
mensen.
Wij willen dat onze inwoners kunnen meedoen aan het maatschappelijk verkeer. Het zelf
standig verwerven van inkomen door arbeid is de meest optimale vorm van participatie.
Financiële problemen zijn vaak een belemmering voor participatie. En zoals ook in de visie
van de WMO wordt aangegeven ondersteunt de gemeente daar waar mensen niet op eigen
kracht kunnen participeren. Maar welke rol heeft integrale schuldhulpverlening hierin?
Wat willen we bereiken met het beleid voor schuldhulpverlening? Op deze vragen wordt
antwoord gegeven in de sociale opgave.
3.1 Zelfredzaamheid
Het gemeentelijke beleid is er op gericht om (sociale) uitsluiting zoveel mogelijk tegen te
gaan. Dit is ook een belangrijke pijler van ons WMO- beleid. Eén van de belemmeringen die
inwoners bij het meedoen ervaren, is schuldenproblematiek. Beleid in het kader van inte
grale schuldhulpverlening richt zich op deze belemmering.
De sociale opgave vanuit de Wgs is het verbeteren van de positie en de vaardigheden van
personen die problematische schulden hebben. Dit kan door het bieden van een aanbod,
producten en/of financiële middelen. Het doel van dit aanbod is het streven naar financi
ële zelfredzaamheid voor onze inwoners. Dit draagt bij aan de positieverbetering van men
sen. Hoe hoger de inwoner klimt op de 'schuldhulpverleningsladder', des te zelfstandiger
en meer zelfredzaam de inwoner kan participeren in de samenleving. Financiële zelfred
zaamheid draagt dan ook bij aan de participatie van de inwoner. Financiële zelfredzaam
heid kan worden gedefinieerd als het verantwoord besteden en beheren van inkomen (uit
werk of uitkering) zodat problematische schulden worden voorkomen.
Het 'klimmen' op de ladder moet altijd het streven zijn. Hoe dit kan worden bereikt zal
per inwoner verschillen. Het zelf beheren van inkomsten en uitgaven is de hoogste trede
op de ladder. Voor sommige inwoners is het risico aanwezig dat zij nooit volledig financieel
zelfredzaam zullen worden. Deze inwoners zullen zodanig worden ondersteund dat in ieder
geval eerste levensbehoeften zijn gewaarborgd. De verschillende treden zijn in onder
staande figuur opgenomen.
Beleidsnotitie Wet gemeentelijke schuldhulpverlening
Gemeente Boarnsterhim
8
