6 Art. 13. 1De veldwachter heeft recht op zijn bezoldiging tot den dag van ingang van het ontslag uit zijn ambt of tot en met den dag van over lijden. Is de bezoldiging reeds tot een lateren dag uitbetaald, dan wordt hetgeen meer is uitbetaald verrekend met de som in de volgende leden bedoeld. 2. Overlijdt een veldwachter, die geen weduwe of kinderen jonger dan 18 jaar achterlaat en niet is kostwinner voor zijn ouders of zijn broeders of zusters, jonger dan 18 jaar, dan wordt aan den Rechtheb benden een bedrag uitbetaald gelijk aan de bezoldiging van den over ledene over een tijdvak van zes weken. 3. Overlijdt een veldwachter die in vasten dienst is aangesteld en die een weduwe of kinderen jonger dan 18 jaar achterlaat, of kostwinner is voor zijn ouders of voor zijn broe ders of zusters jonger dan 18 jaar, dan wordt aan deze een bedrag uit betaald, gelijk aan de bezoldiging van den overledene over een tijdvak van drie maanden. HOOFDSTUK III, AANSPRAKEN IN GEVAL VAN VACANT1E, VERLOF, MILITAIREN DIENST EN AFWEZIGHEID WEGENS ZIEKTE. Art. 14. De veldwachter behoudt aanspraak op zijn bezoldiging gedurende 7 a. de hem toegekende jaarlijksche vacantie b. een hem verleend verlof. Art. 15. 1. De veldwachter, die als militair ingevolge eene uit de wet of eene verbintenis voortvloeiende verplich ting in werkelijken dienst is, behoudt over den tijd van dezen dienst het genot van de aan zijn ambt verbon den bezoldiging, voor zoover hij krachtens de artikelen 16 en 17 daarop aanspraak kan maken, dan wel voor zoover die werkelijke dienst wordt vervuld gedurende het aan hem verleende vacantie-verlof. 2. In alle andere gevallen wordt hem de bezoldiging over den tijd van het verblijf in werkelijken dienst niet uitbetaald. Art. 16. 1De veldwachter, die voor her halingsoefeningen in werkelijken dienst is, behoudt over den tijd van deze dienst het volle genot van de aan zijn ambt verbonden bezoldiging. 2. Voor zooveel noodig bepaalt de Minister van Defensie, welke dienst als herhalingsoefeningen wordt beschouwd. 3. Voor de toepassing van het eerste lid wordt met herhalings oefeningen gelijk gesteld de werke lijke dienst, vervuld krachtens a. artikel 5, vijfde lid, onder a. der Wet voor het reservepersoneel der landmacht 1905 (zooals die sedert is gewijzigd), voor zooveel ziekte betreft

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1935 | | pagina 30