Aan
Heeren Leden van den Raad der gemeente
IDAARDERADEE L.
Punt V De behandelende geneesheer acht verlenging van ziekteverlof
tot 1 Januari 1937 noodig,in verband waarmede wij U voorstel
len dienovereenkomstig te besluiten.
Bij besluit van 12 October 1935 werd de aan Tj.Tuinstra te
Idaard verleende Drankwetvergunning ingetrokken op grond van
het niet meer voldoen der vergunningslokaliteit aan~de eischeu
welke het Drankwetbesluit daaraan stelt.Dientengevolge vraagt
adressant thans gedeeltelijke teruggaaf van het voor het ver
gunningsjaar 1 Mei 1935 - 1 Mei 1936 betaalde vergunningsrecht.
Dit verzoek is evenwel niet voor inwilliging vatbaar omreden
teruggaaf van vergunningsrecht slechts mogelijk is in de in
art.25,4e lid der Drankwet genoemde gevallen,n.m.
a. bij vrijwillige afstand der vergunning;
b. bij overlijden van den vergunninghouder gevolgd door stop
zetting van het bedrijf,en
c. bij vernietiging door de Kroon van een besluit waarbij
eene vergunning is verleend.
Waar het vervallen der vergunning van adressant onder geene
der hier genoemde gevallen is te rangschikken,stellen wij U
voorafwijzend op het verzoek te beschikken.
Punt VII Bij de bezuinigingswet van 22 Februari 1936,S.no.100zijn de
voorschriften der Lageronderwijswet 1920 ten opzichte van de
regeling van de heffing van schoolgeld voor lager- en uitge
breid lager onderwijs door andere vervangen.Tengevolge hier
van zullen de bestaande verordeningen op de heffing en invor
dering opnieuw moeten werden vastgesteld.
De nieuwe wetsbepalingen verschillen ten opzichte van de
grondslag van de heffing vrij belangrijk met die welke tot nu
toe hebben gegolden,De ze schreven voor dat de heffing moest
worden geregeld naar evenredigheid van het belastbaar inkomen,
bedoeld in art.37 der wet op de Inkomstenbelasting;als grond
slag gold het zuiver inkomen van de belastingplichtige na ver
mindering met de kinderaftrek.Uitsluitend werd dus rekening
gehouden met het bedrag waarnaar een aanslag in de Inkomsten
belasting kon worden opgelegd.
Volgens de nieuwe voorschriften geschiedt de heffing met in
achtneming der geldelijke draagkracht der belastingplichtigen,
welke wordt bepaald aan de hand van gegevens door s Rijks
belastingdienst verstrekt of door de gemeente zelf verzameld.
De gegevens welke de Rijksbelastingdienst voortaan verstrekt
zijn die van het totaal van de hoofdsom van vermogens- en ge
meentefondsbelasting (z.g. gemengde hoofdsom).
Het door ons ontworpen tarief is op deze gemengde hoofdsom
gebaseerd en is zoodanig samengesteld,dat daarvan eene onge
veer gelijke totaal-opbrengst als van het bestaande tarief
wordt verwachte
Niet alleen moest bij de samenstelling van het nieuwe tarief
rekening worden gehouden met den geheel veranderden grondslag
der heffing,doch tevens moest worden voldaan aan den wettelij-
ken eisch,dat het minimum-schoolge ld voor het gewoon lager
enderwijs f 3.- en voor het uitgebreid lager onderwijs f6.-
moet bedragenoTegenover dezen eisch,die eene eenigszins hooge-
re heffing noodig maakt staat evenwel de mogelijkheid tot ver
laging van het schoolgeld verschuldigd voor 2 of meer kinde
ren uit eenzelfde gezin.
Ingevolge het nieuw ontworpen art.4 der heffingsverordening
wordt het schoolgeld voor elken leerling verminderd: bij.
Punt VI