Artikel 6.
De electriciteitsmeter wordt door het Q,3*B.aangebracht,dat
tevens de grootte van den meter bepar.lt
In de gevallen,waarin meterhuur verschuldigd is,gaat deze
in zoodra de meter geplaatst en aangesloten is en loopt van den
eersten dag der maand tot den eersten dag der daarop volgende
maand
Bij plaatsing of wegneming wan don meter in den loop van den
in het vorige lid bedoelden termijn,is de huur over een volle
maand verschuldigd.
Artikel 7.
De Verbruikerdie tijdelijk geen electriciteit verlangt te
gebruiken,is verplicht daarvan aan het G.E.B. schriftelijk aan
gifte te doen.
Bij verzuim dier aangifte blijft hij voor het verdere ge
bruik en do huur van den meter aansprakelijk.
Artikel 8.
De verbruiker is verplicht,de aangebrachte toestellen tegen
beschadiging te vrijwaren en te zorgen,dat de zegels,die op den
meter en de andere toestellen zijn gelegd,niet worden geschonden.
Alle schade toegebracht aan de aansluitleiding gelegen binnen
het perceel van den verbruikerof aan oen dor daarop aangesloten
toestellen,daaronder begrepen de kosten van vervanging,komt ten
laste van don verbruiker.
De verbruiker is verplichtonverwijld kennis te geven aan
het G.E.B. van elk gebrek,dat hij aan de aansluitleiding of dc
bijbehoorende toestellen ontdekt of veronderstelt aanwezig te
zijn.
Wanneer de verbruiker vermoedt,dat de aanwijzing van den motor
onjuist is,kan hij deze/betaling van de hiermede gepaard gaande
werkelijke kosten,met een minimum van 2.50,bij het G.E.B. op
nieuw doen ijken.Blijktdat do aanwijzing van den meter meer
dan 5 procent afwijkt,dan worden evcnbcdoclde kosten van onder
zoek en zoo noodig die van de vervanging van den meter,den ver
bruiker niet in rekening gobracht.Bij afwijking van hoogstens
5 procent wordt de meter geacht met voldoende juistheid aan te
wijzen.Ingeval van verschil van moening tusschen G.E.B. en den
verbruiker over de juistheid dor aanwijzing,beslissen Burgemees
ter en Wethouders.
Artikel 9.
Wanneer de meter is verwijderd of deze is gebleken onjuist te
hebben aangewezen,wordt het door den verbruiker verschuldigd be
drag over den termijn,gedurende welke geen of eene onjuiste me
ting hoeft plaats gehad,berekend door als maatstaf te nemen het
gemiddelde verbruik gedurende de laatstvoorafgaande en de vallen
de maand
Is op de wijze als bedoeld in het voorgaande lid de berekening
niet mogelijk,dan wordt het verschuldigde bedrag door Burgemees
ter en Wethouders na verhoor van den verbruiker vastgesteld.
Artikel 10.
De aanleg dor huisinstallaties geschiedt geheel voor rekening
van den verbruiker.
Bij den aanleg moeten de door den Raad vastgestelde installa
tievoorschriften worden in acht genomen.
De geleiding mag niet in gebruik worden genomen dan na onder
zoek en goedkeuring vanwege het G.E.B.,wolk onderzoek uiterlijk
binnen een week na aanvraag moot plaats hebben.
Het G.E.B. vordert voor onderzoek en controle van een geheel
of gedeeltelijk nieuw gelegde huisleiding van den verbruiker bij
vooruitbetaling naar gelang van de grootte der installatie.eene
vergoeding ten bedrage van