De Voorzitter antwoordt, dat het hier een oud probleem betreft, waarvoor moeilijk een oplossing is te vinden. Spreker zegt eohter toe, de mogelijkheid tot hot aanbrengen van enige verbetering te zullen overwegen. De heer van de Lageweg vestigt voorts de aandacht op het ontbreken van brandslangen op de waterleiding te Warstiens en vraagt, ef ter zake een voorziening kan worden getroffen. De Voorzitter deelt mede, dat Warstiens ender Wartena res sorteert en dat het treffen van een voorziening afhankelijk is van de aanwezigheid van brandkr.nnenOp spuitkranen is geen aansluiting mogelijk. Spreker zegt toe, dat B.en W. aan deze zaak aandacht zullen schenken. De heer van der Mark vraagt, of het in verband met de de valuatie niet mogelijk is, aan de laagstbezoldigde gemeente werklieden een toeslag te verlenen. De Voorzitter antwoordt, dat de regeling van de bezoldiging gebonden is aan van Rijks- wege gegeven normen, waarop de Raad vooralsnog geen invloed kan uitoefenen. Zodra echter de mogelijkheid tot loonsverhoging openstaat, zullen B.en W, met een voorstel komen. Op een desbetreffende vraag van de heer van der Mark deelt de Voorzitter mede, dat de Raad buiten de uitkeringen staat, die door de Burgerlijke Armbesturen worden gedaan. De heer Wartena bepleit met nadruk een bespoediging van de beslissing inzake de wegaanleg te Wartena. Bij het maken van stoepen e »dweten vele inwoners niet, hoe te handèlen. De toestand wordt langzamerhand onhoudbaar. Volgens Spreker zou een beslissing van de Raad een gunstige invloed kunnen uitoefenen De Voorzitter merkt op, dat er met betrekking tot de hier- bedoelde wegaanleg verschil van mening is gerezen tussen B.en W. en Ged. Staten, Alvorens een beslissing in de raad te nemen, dient dit meningsverschil te worden r-pgelost. De heer Wartena meent, dat het van belang is, dat de Raad een besluit neemt. B. en W. staan dan niet meer alleen. De Voorzitter deelt mede, dat Ged. Staten buiten B.en W. om een beslissing hebben genomen. Spreker kan hierover in de openbare vergadering geen nadere gegevens verstrekken. De heer Hond erna acht het ook gewenst, dat de Raad zijn inzichten kenbaar maakt. De Voorzitter zegt, dat eerst gestreefd moet worden naar een oplossing met Ged. Staten, waartoe nader overleg met dat college noodzakelijk is. Hierna sluiting Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 22. November 1 949. Voorzitter.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1949 | | pagina 25