De heer Hcndema geeft burgemeester en wethouders in over weging, uit te zien naar middelen, om pressie op de segsring uit te oefenen, teneinde een spoedige herziening van de lonen van het gemeentepersoneel te bevorderen. De Voorzitter zegt, dat burgemeester en wethouders niet ongenegen zullen zijn, hun medewerking te verlenen, doch dit zal dan in samenwerking met andere gemeenten moeten geschieden. Insohakeling van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten lijkt Spr„ een oplossing. De heer de Visser 'wijst er op, dat het verlenen van een duurtetoeslag met terugwerkende kraoht ook voor andere werkge vers consequenties zal medebrengen* Hierna wordt zender hoofdelijke stemming eonform het voor stel van burgemeester en wethouders besloten. Voorstel tot reorganisatie van het armwezen. In deze gemeente bestaan vijf burgerlijke armbesturen als mede als overkoepelend lichaam de instelling voor maatschappelijk hulpbetoon. Deze wijze van organisatie van het armwezen maakt het noodzakelijk, dat voor de verschillende armbesturen een af zonderlijke administratie wordt gevoerd, hetgeen uiteraard vrij omslachtig is. De belangen der armenverzorging zijn er mede ge diend, deze verouderde regeling door een meer moderne te ver vangen* Er bestaat in de laatste jaren bij diverse gemeentebesturen een streven dm een organisatievorm te vinden, die voer in over eenstemming is met de verantwoordelijke functie, welke de ge meente heden ten dage QP maatschappelijk gebied heeft te vervuiler Begrippen als bedeling, armvoogdij, armmeester e.d. passen niet meer in de tegenwoordige verhoudingen* Er is een groeiproces gaande van het oude burgerlijk armbestuur naar de op moderne leest geschoeide dienst voor sociale zaken, een gemeentelijk or gaan waaraan behalve de werkzaamheden, voortvloeiend uit de Armenwet, andere werkzaamheden, in de sociale sector gelegen, worden opgedragen* Bij de vraag op welke wijze in deze gemeente tot jen ver antwoorde recrgr.nisa'jie van het armwezen kon worden geraakt, dienden Burgemeester en Wethouders rekening te houden tot de hulge po.*4 tie der armbesturen, met name me Let feit, dat 5e- ze Oöo.ui*en van derden irf*omt"ter toucheerden. In een ver verwijderd verleden hebben enkele kerkvoogdijen zich van de armenzorg ontlast en deze aan cis burgerlijke arm besturen overgedragen onder verplichting jaarlijks een zekere som gelds in de kas van deze armbesturen te storten. Alvorens tct instelling van een gemeentelijke sociale dienst, en tot opheffing van de bestaande armbesturen te besluiten,, diendo vast te sta=»n, dat de kerkvoogdijen bereid waren, hün van cuds bestaande verplichting in plaats van jegens de armbe sturen jegens de gemeente na te kernen. Met een zekere teleurstelling moet werden geconstateerddat de kerkvoogdij der Nederlands Hervormde gemeente te Roordahuizum niet genegen is, bij opheffing van het burgerlijk armbestuur al daar de jaarlijkse uitkering ad'rond f.800.- in de gemeentekas te storten* Aangezien het niet verantwoord is, deze bate te la ten schieten, zal het burgerlijk armbestuur te Roordahuizum derhalve moeten blijven bestaan. Wam de rest van de gemeente betreft, achten Burgemeester en Wethouders het gewenst, de burgerlijke armbesturen, alsmede de instelling voor Maatschappelijk Hulpbetoon, op te heffen en een gemeentelijke sociale dienst in het leven te roepen, die onder rechtstreeks bestuur van hun College belast zal worden met de behartiging der armenverzorging, met uitzondering voor het dorp Roordahuizuu, en met andere werkzaamheden van sociale aard. Verder—

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1949 | | pagina 27