RONDVRAAG.
Op een desbetreffende vraag van de heer Wartena antwoordt
de Voorzitter, dat omtrent de wegomlegging te Wartena nog geen
beslissing is gevallen.
De heer van der Mark wijst er op, dat met betrekking tot
het aandeel, dat de waterschappen zullen bijdragen in de weg
aanleg Grouw-Wartena geen ingelandenvergadering is gehouden en
vraagt, of de gemeente zekerheid heeft, dat de waterschappen
hun aandeel ook inderdaad zullen betalen.
Spr. merkt voorts op, dat de uitlating van wethouder de
Jong in de vorige vergadering betreffende een eventuele verla
ging van het gemeentelijk subsidie in de kosten van instand
houding van de rolbrug te Warga nogal verwarring heeft gesticht
en vraagt of deze uitlating au serieux moet worden genomen.
De Voorzitter antwoordt, dat de besturen van de waterschap
pen voor zover hem bekend schriftelijk hebben verklaard, hun
aandeel in de kosten van de weg Grouw-Wartena te zullen betalen
Wethouder de Jong betoogt met klem van redenen, dat het
nimmer zijn bedoeling is geweest de Wargaster bevolking, waar
het de instandhouding van de rolbrug betreft, te kort te doen.
Spr. meent te kunnen vertrouwen, dat zijn mede-raadsleden de
gewraakte uitlating enkel als een grapje hebben opgenomen.
De heer van de Lageweg dringt aan op verbetering van de
Warstienserweg, waarvan de toestand onbevredigend is.
De Voorzitter geeft ten antwoord, dat getracht zal worden,
nog dit jaar deze zaak in het reine te brengen. Vroegere plan
nen tot afsnijding van de gevaarlijke hoek aan het begin van
de Warstienserweg zijn afgestuit op gebrek aan medewerking van
de eigenaar van de nabijgelegen boerderij.
Mevrouw Halbertsma-Hijlkema informeert naar de plannen in
zake een jachthaven te Grouw.
De Voorzitter antwoordt, dat over enkele dagen, een be
spreking zal plaats hebben met deskundige adviseurs.
Hierna sluiting.
Aldus vastgesteld in de openbare ver
gadering van de raad van 24 April 1950
Voorzitter
Secretaris.