Openbare vergadering van de Raad der gemeente Idaarderadeel op Donderdag 1 Juni 1950, des voormiddags te 9 uur. Aanwezig zijn: Mevr. P.C. Halbertsma-Hijlkema en de heren S.de Jong, I. Zwart, Joh.van der Meer, R. WartenaA. Hondema, E.Dantuma, Joh.van der Mark, H.van de lageweg, P.van der Hem, P.Sijtema en J. Miedema. Afwezig met kennisgeving: de Heer J.W.de Visser. Voorzitter: Fr. C.N. Renken, burgemeester. Aan de orde HOTULEN Naar aanleiding van de vast te stellen notulen van de ver gadering van 24 April 1950 merkt de heer Sytema op, dat niet tot uitdrukking is gekomen, dat de vragen met betrekking tot de wegaanleg Grouw-Wartena zuiver informatorisch zijn gesteld en wel om de ongerustheid weg te nemen van verschillende gemeen tenaren, welke was ontstaan door met elkaar in tegenspraak zijn de uitlatingen in vorige vergaderingen. Verder wordt er op gewezen dat de aanduiding op blz. 4 der notulen "Warga-Idaard" foutief is gesteld en veranderd dient te worden in "Grouw-Wartena". De heer van der Mark ageert tegen de notulen, voorzover daarin is vermeld, dat hij gezegd zou hebben, dat de timmer lieden te Warga niet zijn gehoord. letterlijk heb ik gezegd, aldus Spr.: "De timmerlied§p- patroons zijn destijds niet gehoord. Feitelijk zijn wij een zijdig ingelicht. Een adres voor kennisgeving aannemen staat gelijk met negeren van argumenten, door ter zake deskundigen aangevoerd. Ik meen, dat wij juist door uitwisseling van ge dachten de grootste kans hebban de juiste weg te vinden. Ik stel daarom voor, om voor de definitieve aanstelling van de timmerman deze zaak nog eens grondig te onderzoeken Spr. is verder van mening, dat de kern, waarom het stellen der vragen inzake de wegaanleg draaide, niet is opgenomen. De Voorzitter antwoordt, niet de indruk te hebben gekregen, dat het verhandelde in de vorige vergadering foutief is weer gegeven. De heer van der Hem, sprekende over hetgeen in de notulen vermeld staat omtrent "de aanval in Prisia" van de heer Terpstra op de persoon van de heer de Visser, merkt op, dat de vragenstellers daar geheel buiten staan. De heer Hondema geeft te kennen, dat de Voorzitter uit drukkelijk de vraag heeft gesteld, of de vragenstellers wilden verklaren het niet eens te zijn met de aanval op de persoon van de heer de Visser en dat de betrokken raadsleden daarmede accoord zijn gegaan. Br is volgens Spr. voldoende gebleken, dat het ingezonden stuk mede aanleiding is geweest tot het stellen der vragen, de notulen acht Spr. op dit punt zeer juist. Nadat de heer Sijtema nog heeft opgemerkt, dat de vragen stellers zich niet bemoeien met de verhouding tussen de heren Terpstra en de Visser en de Voorzitter heeft beklemtoond dat de betreffende raadsleden zich van de aanval op de heer de Visser hebben gedistancieerdworden de notulen vastgesteld met de correctie, dat de vragen aangaande de wegaanleg zuiver informatorisch zijn gesteld, dat op blz. 4 in plaats van "Warga-Idaard" wordt gelezen "Grouw-Wartena" en dat de tweede alinea van blz. 2 wordt vervangen door hetgeen de heer van der Mark met betrekking tot de aanstelling van de gemeente timmerman in de vorm als hiervoor aangegeven heeft gezegd. --2--

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1950 | | pagina 11