O-
-2-
Artikel 3 der oude verordening, dat de in de gemeente geves
tigde burgerlijke armbesturen van de betaling dor rechten vrijstel
de, is geschrapt wegens opheffing van die armbesturen per 1 Janu
ari 1952.
Eveneens is geschrapt het oude artikel 4, dat bepaalde, dat
aan een zelfde persoon niet meer dan vier grafruimten mochten.wor
den afgestaan, tenzij de reeds aan hem afgestane grafruimtengeheel
waren bezet. Aan handhaving van deze bepaling bestaat naar onze
mening geen behoefte, omdat de gemeente, aangezien ze niet ver
plicht is, aan aanvragen ter zake te voldoen, de uitgifte volle
dig in de hand heeft. Aan de andere kant zou het handhaven van de
bepaling een belemmering kunnen vormen, om aan overigens geheel
gerechtvaardigde aanvragen van meer dan vier graven te voldoen.
Het tweede lid van artikel 5 (oud) is eveneens vervallen, om
dat het hier een, naar het ons voorkomt, door niets gemotiveerde
beoordeling betreft van reeds voor 1 Januari 1933 in het bc-zit van
grafruimten zijnde eigenaren, leze bepaling is indertijd als een
soort overgangsregeling bedoeld geweest, voor welker handhaving
echter geen aanleiding bestaat.
Wat het overnemen van het onderhoud door de gemeente betreft,
merken wij op, dat hiervoor een recht is berekend variërend van
f.2.-- tot f5.-- per jaar; afhankelijk van de soort en de grootte
van de op de graven geplaatste gedenktekenen en van het soort
graf dat uitgegeven is.
In plaats van het betalen van een jaarlijkse vergoeding kan,
indien belanghebbenden daaraan de voorkeur mochten geven, een
afkoopsom worden gestort, welke varieert van f. 20.-- tot f.125.---
Voor deze afkoopsommen worden de graven en gedenktekenen dan
door de gemeente onderhouden en wel
a. voor zover betreft graven, welke voor onbepaalde tijd zijn uit
gegeven, tot 20 jaar na het tijdstip, waarop de betreffende
begraafplaats gesloten is verklaard;
b. voor zover betreft de voor bepaalde tijd uitgegeven graven,
gedurende die bepaalde tijd;
c; voor zover algemene graven betreft, voor de tijd van ten hoogste
10 jaren;
le overige bepalingen zijn, behoudens enkele redactiewijzi
gingen, waarvoor wij naar het concept mogen verwijzen, gehand
haafd.
le opbrengst van de rechten zal bij overname van het ont
werp onder overigens gelijke omstandigheden naar raming, exclusief
de rechten wegens onderhoud van gemeentewege, welke niet te schat
ten zijn, omdat niet bekend is, in hoeverre de bevolking van de'
geboden gelegenheid gebruik zal maken, met f.1000»-- worden ver
hoogd en gesteld kunnen worden op f.2000. le totale kosten
der begraafplaatsen belopen „f. 4200.-- per jaar, zodat de rechten
ook na de verhoging slechts als oen zeer bescheiden tegemoetkoming
moeten worden beschouwd.
Waar wij in verband met het vorenstaande de verhoging der
diverse rechten alleszins verantwoord achten en de nieuwe rege
ling de mogelijkheid schept, het onderhoud dor graven in geor
dende banen te leiden, stellen wij U voor tot vaststelling van
de onderhavige ontwerpverordening te besluiten.
Burgemeester
Burgemeester en Wethouders va
some ester.