10. Voorstel tot vaststelling van een arbeidsovereenkomstenverordening.
No.1689» Aan de Raad
der gemeente Idaarderadeel.
Grouw, 2Q Juli 1954*
Bij de gemeente is een aantal arbeidscontractanten, hetzij
in los, hetzij in meer duurzaam dienstverband werkzaam, wier rechts
positie wegens het ontbreken van een arbeidsovereenkomstenverordening
te wensen overlaat.
Enige tijd geleden is door het Centraal Bureau in zake
gemeenschappelijke behandeling van gemeentelijke personeelsaangelegen
heden een nieuwe verordening ter zake ontworpen,waarvan IJ een exem
plaar hierbij aantreft en waarover uitvoerig overleg is gepleegd met
de in het centraal overleg vertegenwoordigde personeelsorganisaties.
Omtrent de beginselen en de inhoud van het ontwerp is met genoemde
organisaties overeenstemming bereikt.
Het ontwerp gaat uit van de gedachte, dat er verschil be
hoort te zijn tussen de rechtspositieregeling van de meer duurzaam
aan de gemeentedienst verbonden contractanten en die van de contrac
tanten, die afwisselend in overheidsdienst en in het particuliere
bedrijf werkzaam plegen te zijn.
De eerstgenoemde categorie, die om welke reden ook niet
in aanmerking kan komen voor een aanstelling in de zin van het
Algemeen Ambtenarenreglement, zal ingevolge het ontwerp op basis van
afdeling I in dienst moeten worden genomen. Dit betekent, dat de
rechtspositie van deze categorie die van het personeel in ambtelijke
dienst vrij dicht nadert en in meerdere opzichten daarmede samenvalt.
De rechtspositie van het "losse" personeel -waarvoor een
termijn van één of ten hoogste twee jaren als richtsnoer is aange
geven- zal worden bepaald door afdeling II van het ontwerp, hetgeen
inhoudt, dat de rechtspositie van het particuliere bedrijfsleven in
hoofdzaak van toepassing zal zijn. Dit bevordert de mogelijkheid van
deelneming aan bedrijfstaksgewijze voorzieningen (vacantie-en vorst-
verletregelingen, bedrijfspensioenfondsen enz.) en houdt voor betrok
kenen in continuïteit van hun arbeidsrecht, onverschillig of zij in
het particuliere bedrijf of in "losse" overheidsdienst werkzaam zijn.
Wat de loonbepaling betreft, merken wij op, dat deze voor
hen,die óp basis van afdeling I in dienst worden genomen, geschiedt:
a. volgens de loonregeling, geldende voor overeenkomstig personeel in
ambtelijke dienst.
b. op een bedrag, gelijk aan of boven het minimum van de loonschaal
van overeenkomstig personeel in ambtelijke dienst, welk bedrag,
ook na eventuele verhogingen, het maximum der desbetreffende loon
schaal niet mag overschrijden.
c. op een bedrag, voor elk geval of voor elke te verrichten dienst
afzonderlijk vast te stellen.
-Voor-