4.Bezwaarschriften tegen opgelegde aanslagen in de reinigingsrechten,
belastingjaar 1954»
No.3138 Aan de Raad
der gemeente Idaarderadeel.
Grouw, 22 December 1954*
Van de hierna volgende retributieplichtigen zijn bezwaarschriften
ingekomen tegen de hun opgelegde aanslagen in de reinigingsrechten over
1954-
W.Nijboer te Warga 29.
Appellant voert aan, dat hij op 22 Juli 1954 bet perceel War-
stiens 9«waarvoor een aanslag van f.7,25 was opgelegd,heeft verlaten
en sedertdien geen gebruik meer heeft gemaakt van de reinigingsdienst.
Ingevolge de geldende verordening kan alleen ontheffing worden
verleend tot het bedrag van de helft der verschuldigde rechten, indien
het vertrek plaats vindt vóór 1 Juli van het betreffende belastingjaar.
In alle andere gevallen heeft geen ontheffing plaats.
Waar appellant na 1 Juli is verhuisd, is de aanslag juist opge-
legdjzodat wij U voorstellen,het bezwaarschrift ongegrond te verklaren
en de aanslag te handhaven.
F.Jansma te Warga 404.
Appellant maakt bezwaar tegen zijn aanslag om financiële redenen.
De verordening laat in dit geval geen ontheffing toe. Wel is het moge
lijk, dat ons College in gevallen, waarin de belastingplichtige niet in
staat is, anders dan met buitengewoon bezwaar de belasting te betalen,
tot afschrijving van de belasting over te gaan. Wij zijn voornemens ons
nader te beraden over de vraag,of daartoe, voor zover de onderhavige
aanslag betreft, aanleiding bestaat.
De aanslag is overigens terecht opgelegd,zodat wij IJ voorstellen,
het bezwaarschrift ongegrond te verklaren en de aanslag te handhaven.
Wed.Joh.Bosma te Grouw,Boomstraat 9.
Appellante voert aan,dat haar privaatton slechts eenmaal per jaar
wordt verwisseld en wel kan worden weggehaald. Verder merkt zij op,dat
zij op grond van haar inkomsten niet in staat is, de belasting ad f.7>25
te betalen.
Naar ons gebleken is, is appellante baker van beroep en komt zij
op zeer ongeregelde tijden in haar woning,zodat de privaatton slechts
sporadisch behoeft te worden verwisseld.
Ingevolge de geldende verordening is de belasting verschuldigd
voor het ten gebruike afstaan en/of het regelmatig verwisselen van pri-
vaattonnen. Aangezien in het onderhavige geval aan de gestelde voorwaarde
voor belastingheffing is voldaan, is de aanslag terecht opgelegd,zodat
wij U voorstellen, het bezwaarschrift ongegrond te verklaren en de aan
slag te handhaven.
Of er wellicht aanleiding is, tot gehele of gedeeltelijke af
schrijving van de hier bedoelde belasting over te gaan,zullen wij nader
overwegen.
Wed.S.van der Meer-Meinderts te Warga 219.
Tegen de opgelegde aanslag ad f.7,25 wordt door appellante be
zwaar gemaakt,omdat de privaatton tevens door een ander gezin wordt
-gebruikt-
