8.Voorstel tot wijziging van de verordening op de heffing van
bruggeld.
No.2738. Aan de gemeenteraad.
Grouw,22 december 1955.
Blijkens een van gedeputeerde staten ontvangen schrij
ven geeft dit college in overweging, de bij uw besluit van 1
november j.l. opnieuw vastgestelde verordening op de heffing van
bruggeld aan te vullen met een bepaling, waaruit blijkt, wie be
lastingplichtig is.
Tegen de redactie, die sinds jaren ongewijzigd is ge
bleven, is bij vroegere gelegenheden -de verordening wordt telkens
na het verstrijken van de goedkeuringstermijn opnieuw vastgesteld-
nimmer enig bezwaar gemaakt. Bovendien heeft de toepassing der
verordening in haar huidige vorm geen moeilijkheden opgeleverd.
Formeel is het echter juister, dat uit de verordening
uitdrukkelijk blijkt, wie belastingplichtig is.
Wij stellen u derhalve voor, aan de wens van gedeputeerde
staten tegemoet te komen door aan de verordening een nieuw ar
tikel 5a toe te voegen, luidende als volgt"Het bruggeld is ver
schuldigd door de gezagvoerder, de schipper, de eigenaar of de
gebruiker van het vaartuig.
Het overgelegde concept-besluit ware daartoe vast te
stellen.
Burgemeester en V/ethouders van Idaarderadeel,
Burgemeester.
Secretaris.