economische aangelegenheden, bij voorbeeld de uitvoering van de
Winkelsluitingswet, het venten in de gemeente, derhalve zaken, die
liggen op het terrein van het bedrijfsleven. De samenstelling van
deze commissie is daarom zo breed mogelijk opgezet.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel
besloten.
5.Aanvrage ex artikel 15 der lager-onderwijswet 1920 om tegemoetko
ming in de reiskosten wegens schoolbezoek van A.de Jong te Grouw.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform
het voorstel besloten.
6.Voorstel tot wijziging van de Bezoldigingsverordening 1955.
De heer Van den Berg acht de beloningen ad f.650,— en f.550,
voor schoolschoonmaaksterrespectievelijk te Grouw en Warga te
laag. In aanmerking genomen het aantal uren, dat aan het verrichten
van de aan de betrekking verbonden werkzaamheden wordt besteed, ziin
het onderbetaalde functies.
De Voorzitter antwoordt, dat deze beloningen zijn bepaald in
overeenstemming met die, welke golden bij de overname van het kleu
teronderwijs door de gemeente. De oorspronkelijke bedragen zijn door
de gemeente iets opgetrokken ter compensatie van de verschuldigde
sociale lasten. Voorts is er geen verzoek ingekomen om deze sala
rissen te verhogen.
De heer Van den Berg zegt, dat de beloningen, vóór de overname
van de kleuterscholen door de gemeente reeds te laag waren. Spreker
heeft geïnformeerd naar het aantal uren, dat wekelijks aan deze werk
zaamheden moet worden besteed. Daarbij is hem gebleken, dat het aan
tal dermate hoog is, dat de beloning daarmede niet in overeenstem
ming is. Spreker geeft Burgemeester en wethouders in overweging,
deze aangelegenheid nog eens nader te doen onderzoeken en daarna
eventueel een voorstel voor een hogere beloning aan de raad aan te
bieden.
Wethouder de Visser begrijpt niet, wat de heer Van den Berg
met dit voorstel wil. Het zou een eigenaardige indruk wekken, in
dien de gemeente de lonen, zoals die steeds hebben gegolden,ineens
ilink zou verhogen, omdat het nu gemeentescholen zijn geworden
De heer Hondema stelt zich aan de zijde van de heer Van dén
Berg. Het nutsbestuur heeft de lonen steeds te laag gehouden.
Mevr.Halbertsma vraagt, hoeveel uren aan het schoonmaken van
deze scholen besteed worden. Wanneer het aantal uren bekend is, kan
een vergelijking worden gemaakte met de beloning. Het loon moet af
gestemd zijn op het aantal uren.
■^e Voorzitter antwoordt, dat de onderhavige functies ziin ver
geleken met andere functies van schoolschoonmaak in de gemeente
waarbij bleek, dat de voorgestelde beloning vrijwel in overeenstem-
mmg is met de overige beloningen.
:Pe den Berg protesteert tegen de opmerking van de
heer De Visser. Spreker heeft geen voorstel gedaan, hij is echter
vrij om zijn mening te zeggen. Waar hij gaarne zou weten, hoeveel
U+e^ schoo-'-sc^oonmaak vordert, waarna toetsing van het voorge
stelde loon aan dit aantal uren mogelijk is, heeft spreker Burge
meester en wethouders in overweging gegeven deze aangelegenheid nog
eens nader te doen onderzoeken. Spreker beschikt wel oveï gegeveSs
dienaangaande, en is op grond van die cijfers tot de mening gekomen,
dat de beloning te laag is.Hij acht het echter beter.dat dt gemeen
te daarnaast ook een onderzoek instelt gelijk Mevr.Halbertsma reeds
-heeft-