Voorstel inzake verhoging van de
ontvanger.
1760.
jaarweddenvan de secretaris en
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 9 september 1957.
Blijkens een voor u ter inzage liggend schrijven ligt het
in de bedoeling van gedeputeerde staten de Jaarwedderegeling
Secretarissen en Ontvangers Friesland 1954 te^wijzigen, zulks
naar aanleiding van een van de minister van binnenlandse zazen,
bezitsvorming en publiekrechtelijke bedrijfsorganisaties ont
vangen rondschrijven betreffende salarismaatregelen ten behoeve
van het personeel der lagere publiekrechtelijke lichamen in ver
band met de voorzieningen voor de hogere rijksambtenaren per 1
september 1956 en de jongste verbetering der onderwijzerssalarxs-
s g n
De minister heeft zich namelijk op het standpunt gesteld,
dat de nauwe samenhang tussen de wedden, van de secretarisen de
ontvanger enerzijds en de salarissen van andere gemeentelijke
functionarissen anderzijds het onvermijdelijk heeft gemaakt, ge
noemde wedden in het algemeen bestel van bovengenoemde voor
zieningen te bezien.
In overeenstemming met de richtlijnen van de minister heb
ben gedeputeerde staten een ontwerp van een herziening der be
trekken jaarwedderegeling gemaakt, waaromtrent zij ingevolge de
artikelen 111 en 114 der gemeentewet tha^s uw oordeel vragen.
Voor wat deze gemeente betreft, betekent aanvaarding van
het ontwerp een verhoging van het basissalaris van de secretaris
van f.750.- per jaar en een verhoging van dat van de ontvanger
van f.60.- per jaar.
Aangezien het in het voornemen van de minister ligt, verder
gaande voorzieningen ten aanzien van de bezoldiging van de bui-
gemeesters te treffen, zullen de bestaande verhoudingen tussen
de wedden van de burgemeesters, de secretarissen en de ontvanger
worden verbroken. Totnogtoe bedroeg de wedde van de secretaris
92van de burgemeestersweddeterwijl de ontvanger een wedde
genoot van ongeveer 60% van de secretarisweddeIndien de minis
ter aan zijn voornemen gevolg geeft, zal de secretariswedde
beneden 92% van de burgemeestersbezoldiging dalen, terwijl bij
vaststelling van het ontwerp van gedeputeerde staten de nieuwe
wedde van de ontvanger ongeveer 57% van de nieuwe secretaris
norm zal bedragen.
Blijkens een mede voor u tor inzage liggend schrijven^is
de Nederlandse Bond van Gemeente-Ambtenaren van mening, dat er
geen enkele oorzaak is aan te wijzen, welke een herwaarde-
ring der onderlinge verhoudingen "tussen de ambten zou wettigen#
De Bond heeft in verband hiermede bij gedeputeerde staten^hand-
having der bestaande procentuele verhoudingen bepleit en ^ich
tot uw college gewend met het verzoek, om, wanneer het voorge
schreven oordeel over de wijziging van de jaarwedderegeling der
secretarissen en ontvangers zou worden gevraagd, een zelfde
standpunt in te nemen.
-Met-