- 2 - In verband hiermede meent adressant, dat hier sprake is van bijzonder herstel, niet het gewone onderhoud betreffende, waarvan de kosten - althans voor het grootste gedeelte - voor vergoeding overeen komstig artikel 72 der wet in aanmerking komen. Het bestuur wijst daarbij op het koninklijk besluit van 28 januari 1955, no. 3, bat op een soortgelijk geval betrekking zou hebben. Teneinde ons een oordeel te vormen omtrent het gedeelte der aan vrage, dat voor inwilliging vatbaar was, hebben wij het schoolbestuur gevraagd een splitsing te willen maken tussen herstel- en vernieuwings- kosten Aan dit verzoek heeft het bestuur niet willen voldoen. Het heeft doen v/eten, dat een splitsing als bovenbedoeld geen zin heeft, omdat de meeste van de gevraagde voorzieningen naar hun aard tot het gewone onderhoud moeten worden gerekend, doch dat desondanks op grond van de in de aanvrage genoemde bijzondere omstandigheid een beroep op artikel 72 kan worden gedaan. Naar het oordeel van het schoolbestuur heeft de gemeenteraad bij het beantwoorden van de vraag, welk gedeelte van de kosten der voorzieningen, voor zover het gewone onderhoud betreffend, ten laste van de gemeente behoort te komen, in acht te nemen enerzijds de totale gebruiksduur van het gebouw, anderzijds de gebruiksduur ten behoeve van de van het bestuur uitgaande school. Tijdens het ingevolge artikel 77 der wet gepleegde overleg heeft het schoolbestuur zijn standpunt nog eens bevestigd en onder streept Naar onze mening gaat een beroep op het koninklijk besluit van 28 januari 1955, no. 3, niet op. Immers daarin werd gesteld, dat niet gezegd kon worden, dat de vervanging van plafonds door nieuwe uit sluitend gewoon onderhoud is, daar het schoolgebouw reeds 42 jaar oud was, toen het aan het schoolbestuur in gebruik werd gegeven en voorts, dat deze vervanging voor de helft beschouwd kon worden als niet onder zulk onderhoud begrepen te zijn. Het ging hier om een uitspraak, welke uitsluitend betrekking had op het vervangen van een in slechte staat verkerend plafond door een geheel nieuw. Ten aanzien van normale re paraties en verfwerk werd niets gezegd. Het voert onzes inziens dan ook te ver - zoals het schoolbestuur doet - uit het besluit te concluderen, dat zodra er sprake is van een gebouw, dat gedurende een zeker aantal jaren bij de gemeente in gebruik is geweest en daarna gedurende een zekere tijd bij het schoolbestuur, de reparaties en herstelwerkzaamheden, het gewone onderhoud betref fend, ten dele met toepassing van de artikelen 72 en volgende der lager-onderwijswet 1920 ten laste der gemeente kunnen worden gebracht. Artikel 72 toch heeft alleen betrekking op stichting,uitbreiding, verbouw, herstel, voor zover niet gewoon onderhoud betreffende, ver andering van inrichting en aanschaffing van nieuwe schoolmeubelen of leer- en hulpmiddelen. Het gewone onderhoud dient het schoolbestuur te bekostigen uit de vergoeding ex artikel 101 der wet. Voor een juiste beoordeling van het verzoek is het onzes inziens van belang, dat even teruggegrepen wordt op de wijze, waarop inder tijd de overdracht aan het schoolbestuur tot stand kwam. In zijn vergadering van 27 augustus 1951 besloot uw college, het gebouw met de bijbehorende grond beschikbaar te stellen aan het schoolbestuur onder de uitdrukkelijke bepaling, dat het gebouw, voor zoveel nodig in een redelijke staat van onderhoud gebracht zou worden. - De -

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1959 | | pagina 43