14. Bezwaarschriften tegen aanslagen in de hondenbelasting. No. 372. Aan de gemeenteraad. Grouw, 27 februari 1959. Door de volgende belastingschuldigen is een bezwaarschrift in gediend tegen de hun opgelegde aanslag in de hondenbelasting over het belastingjaar 1958. 1.W.Pool te Wartena 109. Appellant is aangeslagen volgens categorie A der verordening (luxe-honden). Hij maakt hiertegen bezwaar, omdat hij de hond uit sluitend gebruikt voor het verdelgen van mollen en het vangen van ratten Blijkens een van onzentwege ingesteld onderzoek komt de betref fende hond af en toe op de openbare weg, hetgeen voor bedrijfshonden enz. niet is toegestaan (zie artikel 24 der verordening). Aangenomen moet derhalve worden, dat de hond niet uitsluitend als bedrijfshond wordt gebruikt, zodat de aanslag terecht is opgelegd. Wij stellen u dan ook voor, het bezwaarschrift ongegrond te verklaren en de aanslag te handhaven. 2.A.IIijholt te Grouw, Pean 50a. Appellant voert aan, dat de hond is aangekocht voor de ver delging van ratten en voor bewaking. Voorts, dat de hond eerst op 1 mei 1958 is geboren. Uit een van onzentwege ingesteld onderzoek is gebleken, dat de hond inderdaad als waakhond wordt gehouden, zodat in plaats van een aanslag van f.20.- een aanslag van f.10.- volgens categorie 3 der verordening had behoren te worden opgelegd. Daar bovendien de hond op 1 juli nog geen 3 maanden oud was, is de belasting slechts tot de helft van laatstgenoemd bedrag verschuldigd, zodat wij u voorstel len, de aanslag te verminderen tot f.5.-. 3 .H.Bijlsma te V/artena. Appellant vraagt ontheffing van de belasting voor zijn tweede hond. Als reden voert hij aan, dat hij naast de vuilstortingsplaats der gemeente Leeuwarden woont en zo veel last heeft van ratten, dat hij met één hond niet kan volstaan. De heer Bijlsma is aangeslagen voor 1 bedrijfshond en 1 luxe hond. Blijkens het voor u ter inzage liggende rapport heeft appel lant de aanwezigheid van één hond bij de aangifte in eerste instan tie verzwegen. Ingevolge de verordening dient elke hond te worden aangeslagen. Het loutere bezit van een tweede hond levert geen grond tot vrijstelling op. Of de tweede hond als een luxe- of als bedrijfshond moet worden aangemerkt, valt moeilijk te beoordelen. Hoe dit echter ook zij, bij een onjuiste aangifte kan de belasting tot het vijfvoudige worden geheven, zodat zeker niet kan worden gezegd, dat de onderhavige aan slag te hoog is gesteld. Wij stellen u dan ook voor, het bezwaarschrift ongegrond te verklaren en de aanslag te handhaven.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1959 | | pagina 51