- 2 - Voor verdere bijzonderheden mogen wij u naar de overgelegde stukken verwijzen. Het ontwerpplan met toebehoren heeft van 22 januari tot 19 februari 1959 voor een ieder ter gemeentesecretarie ter inzage ge legen. Van de gelegenheid, bezwaren in te dienen heeft slechts één belanghebbende gebruik gemaakt, t.w. de Kerkvoogdij van de Neder lands Hervormde Gemeente te Grouw. Appellante voert aan, dat de gemeente de pastoralia-landen kada straal bekend gemeente Grouw, sectie C nrs. 496, 500, 497, 494 en 495 thans deels bij de uitbreiding betrekt met het gevolg, dat de per celen sectie C nrs. 605 en 493 - het zgn. Streng - v/orden afgesneden van de andere pastoralia-landen, welke alle in één geheel verpacht zijn bij de pastoralia-boerderij, pachter J.Stelwagen en waardoor on rendabele strookjes grond resteren, die agrarisch niet bewerkbaar zijn, hetgeen appellante voor financiële moeilijkheden stelt. Appellante wenst in verband met een en ander, dat ook het Streng in de uitbreiding wordt betrokken, tenzij het agrarisch gebruik en de bereikbaarheid voldoende worden gewaarborgd, uiteraard met ver goeding der daarvoor te maken meerdere kosten. Voorts stelt zij als eis, dat de resterende brokstukken van de percelen sectie C nrs. 496 en 497 worden toegevoegd aan de percelen sectie C nrs. 498 en 499 door demping van de sloot ter plaatse en het graven van een nieuwe sloot iets westelijker ter plaatse op het lage gedeelte. De resterende brok stukken van de percelen sectie C nrs. 494 en 495 wenst appellante te zien toegevoegd aan de percelen sectie C nrs. 140 en 478, eveneens door demping van een sloot. Tenslotte wenst appellante met het oog op de bereikbaarheid van haar percelen aan oostzijde van de Galle en aan de Meer op het noordelijk deel van het perceel sectie C no. 496 en langs het perceel sectie C no. 604 voldoende breedte buiten de uitbrei ding voor overgang te behouden. Naar aanleiding van dit bezwaarschrift merken wij op, dat wij onlangs aan appellante opgave van de voorwaarden hebben gevraagd voor overname van een strook grond aan de westzijde van het Streng, zulks in verband met de aanleg c.q. verbetering van de verbindingsweg naar de jachthaven. Appellante heeft de voorwaarden voor deze overname ten dele op genomen in het bezwaarschrift. Ten onrechte wordt daarin de indruk w' gevestigd, als zou het Streng buiten het uitbreidingsplan blijven. Dit is, zoals u uit de overgelegde tekening moge blijken, niet het ge val. Voor de verbetering van de verbindingsweg naar de jachthaven heeft de gemeente op dit moment de grond van het Streng niet nodig, bij gehele uitvoering van het uitbreidingsplan uiteraard wel. Het ligt voor de hand, dat appellante bij overname en versnippe ring van haar gronden op redelijke wijze schadeloos gesteld moet wor den. De desiderata van de kerkvoogdij komen ons niet onredelijk voor en het ligt in onze bedoeling, daarmede in ons voorstel tot aankoop van grond, dat u binnenkort tegemoet kunt zien, volledig rekening te houden Spelen deze desiderata bij de vaststelling van het plan dus een secundaire rol, anders ligt dit met het bezwaar, geuit aan het slot van het adres, dat naar onze mening reëel is. Tot de pastoralia boerderij behoren gronden, gelegen aan de oostzijde van de Galle en aan de Meer. Voor af- en aanvoer van producten van en naar deze lan derijen is het inderdaad van belang, dat de kerkvoogdij overgang be houdt over de noordelijke kop van het perceel sectie C no. 496. - Aan -

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1959 | | pagina 67