6— Artikel 22. Burgemeester en wethouders "bepalen nader de salarisanciënniteit van de "bij het inwerkingtreden der verordening in dienst zijnde ambtenaren. Artikel 23. 1. Deze verordening wordt geacht in werking te zijn getreden op 1 april I960. 2, Zij kan worden -aagehaald als "Bezoldigingsverordening I960". Artikel 24» Met ingang van de in het vorige arJikel genoemde datum vervalt; a. De Bezoldigingsverordening 1959» vastgesteld hij raadsbesluit van 20 ju ni I960, no. 14; b. De Voorlopige Herzieningsverordening 1957» vastgesteld bij raadsbesluit van 8 februari 1957» no. 7? met dien verstande, dat zij van toepassing blijft ten aanzien van de in bijlage A I genoemde ambtenaren, voor zover betreft de verhoging van de bezoldiging met 5,6^ in verband met de com pensatie voor de premie volgens de Algemene Ouderdomswet. Overgangsbepalingen. 1Op de bezoldiging van de bij het in werking treden dezer verordening in dienst zijnde chef-vakman-terreinbaas wordt wegens het genot van wo ning geen korting toegepast. 2. De ambtenaren, die op 1 september 1956 in dienst der gemeente waren en op dat moment in het bezit waren van het diploma Boekhouden (Associatie) genieten deswege in afwijking van het bepaalde in artikel 15een vaste toelage van f. 168,- per jaar. 3.Aan de ambtenaren werklieden, wier loon wordt geregeld in bijlage A II dezer verordening, wordt bij wijze van tijdelijke toelage, al naar ge lang het loon per maand dan wel per week wordt uitbetaald, een overgangs toeslag verleend van yfo, een en ander met inachtneming van en overeen komstig de richtlijnen, daaromtrent door de Minister van Binnenlandse Zaken, Bezitsvorming en Publiekrechtelijke Bedrijfsorganisatie gegeven in zijn circulaire met bijlagen van 8 mei 1958, hoofdafdeling O.P.Z., afdeling bezoldiging, bureau III, nr. I 28341 4.Voor hem, wiens huwelijkstoelage, als gevolg van de inpassing van zijn salaris in de salaristabellen dezer verordening, gedurende het tijdvak van 1 april i960 tot 1 april 1961 of gedurende een deel van dit tijdvak zou vervallen, dan wel minder zou bedragen dan wanneer die inpassing niet zou hebben plaats gevonden, geldt het bepaalde in arfikel 11, lid 1 dezer verordening slechts in zoverre, dat door de toekenning van de hu welijkstoelage de wedde nimmer meer mag bedragen dan f. 354,- per maand. Deze bepaling is van overeenkomstige toepassing voor hem, wiens salaris op de dag van het inwerking treden dezer verordening f. 339,- per maand bedraagt. Grouw, I960. De raad voornoemd, voorzitter. secretaris

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1960 | | pagina 75