9. Bezoldigingsregeling voor de ambtenaren van de "burgerlijke stand.
No.387.
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 21 februari 1961
De regeling van de bezoldiging van de ambtenaren van de burgerlijke
stand in deze gemeente luidt sedert 1 januari 1956 als volgt:
a.ambtenaar, belast met het voltrekken van huwelijken f.100.-
b.twee ambtenaren, plaatsvervangers van eerstgenoemde, ieder f. 50.-
c.ambtenaar, belast met de overige werkzaamheden f. 75«-«
In een plattelandsgemeente als de onze, waar bestuur en bevolking
dichter bij elkaar staan dan in de stad, wordt er bij het voltrekken der huwe
lijken zoveel mogelijk naar gestreefd, de toespraak af te stemmen op de per
sonen en de omstandigheden der bruidsparen. De voorbereiding hiertoe geschiedt
voor een belangrijk deel buiten de kantooruren.
Indien wij in aanmerking nemen, dat jaarlijks rond 5° huwelijken in
deze gemeente worden voltrokken, dan "behoeft het.naar onze mening geen nader
betoog, dat een bezoldiging van f.100.- per jaarx£en wel zeer onevenredige
verhouding staat tot de te verrichten werkzaamheden en de belangrijkheid van
het ambt. Ditzelfde geldt - zij het in enigszins mindere mate - voor de sub
b genoemde ambtenaren.
Wat de bezoldiging van de sub c genoemde ambtenaren betreft, mogen wij
opmerken, dat deze reeds enkele tientallen jaren ongewijzigd is gebleven en
geen gelijke tred heeft gehouden met de toegenomen werkzaamheden.
In de na-oorlogse jaren is bovendien aan de rijks- en gemeente
ambtenaren enige malen een procentuele salarisverhoging toegekend, welke ook
van toepassing is verklaard op de nevenfuncties. Gedeputeerde staten hebben
zich evenwel categorisch op het standpunt gesteld, dat ten aanzien van de
ambtenaren van de burgerlijke stand de procentuele verhogingen niet behoorden
te gelden. Wij vermogen niet in te zien, waarom ten deze een uitzondering moet
worden gemaakt. De billijkheid brengt naar onze mening mede, dat ook de
hierbedoelde ambtenaren van algemene salarisverhogingen profiteren.
In verband met het vorenstaande komt het ons redelijk en gewenst voor,
dat voor de ambtenaren van de burgerlijke stand de volgende bezoldigings—
regeling wordt getroffen:
a.ambtenaar, belast met het voltrekken van huwelijken f.200.-
b.twee ambtenaren, plaatsvervangers van eerstgenoemde, ieder f. 75»-
c.ambtenaar, belast met de overige werkzaamheden f.125»-*
Wij stellen u mitsdien voor, gedeputeerde staten te verzoeken, de
totstandkoming van een bezoldigingsregeling in bovengeschetste zin te be
vorderen.
Burgemeester en wethouders van Idaarderadeel
R.Walda burgemeester.
D.Smits secretaris.
