-6-
êên man is hier opgeofferd ter wille van het wethouderschap.De goede ver
standhouding in de raad is door de opposanten voorgoed kapot gemaakt.Het is
een meer dan schandalige houding.
De heer J.J.de Boer betoogt,dat de verklaring een logisch gevolg is van de
vorige vergadering.Daarin is uitgesproken,dat de wethouders naar de mening
van de ondertekenaars niet gehandhaafd kunnen worden.Spreker staat nog
op hetzelfde standpunt als toen uitgesproken en daarom heeft hij de huidige
verklaring,waarin de namen in alfabetische volgorde zijn vermeld,medeonder-
tekend.De ondertekenaars willen,dat er recht wordt gedaan.Wanneer zij als
raadsleden zouden bedanken,dan zouden zij hun eed niet trouw zijn.Dit is
geen zaak van politiek.Spreker is nog lid van de Partij van de Arbeid en
ook nog fractielid.(de heer Honderna;"Niks hoor")Waar in zijn politieke rich
ting geen verandering is gekomen,behoeft hij dus niet als raadslid te be
danken.Op roddelpraatjes wenst spreker niet in te gaan.In tegenstelling tot
wat hem wordt verweten,heeft hij met alle mogelijke middelen getracht de
grondaankoop ten behoeve van een industrie in Warga tot een goed einde te
brengen.Hij hekelt de wijze,waarop de federatie gepoogd heeft hem als raads
lid te doen aftreden.Voor de maandagavond 12 november jl.gehouden federatie-
vergadering ontving hij eerst s middags 1 uur bericht.Daar hij die avond
een inleiding in de provincie moest houden,kon hij op die vergadering niet
w aanwezig zijn.Men had dus vrij spel.Twee dagen later kreeg hij bericht,dat
de federatie het gewenst achtte,dat hij als raadslid zou bedanken.Hier is dus
zeer ondemocratisch gehandeld. Naar buiten lijkt het misschien,dat ik een
afvallige ben,zegt spreker.Met het oog daarop he ft hij aan het Partijbestuur,
door middel van een commissie van de Wiarda Beekman-stichting,sectie Gemeen
te, gevraagd een onderzoek naar zijn gedragingen als raadslid in te stellen.
Het oordeel van de commissie wacht hij af.
De heer Van der Hem wenst deze zaak niet weer op te rake&en.Hij ontkent,dat
het een politieke zaak is,het is zuiver een beleidskwestie.De goede verstand
houding in de raad is kapot gemaakt,heeft de heer Hondema gezegd.Gedurende
de veertien jaar,waarin spreker raadslid is,waren de raadsleden het lang niet
altijd met elkaar eens.Dit heeft echter nimmer tot een slechte verstandhou
ding in de racd geleid.Wanneer de verhoudingen in de raad nü kapot zijn,dan
zijn de wethouders daarvan de oorzaak.
De heer S.de Boer kritiseert de houding van de raadsleden,die zich niet bij
een meerderheidsbesluit van de raad willen neerleggen. Hij hoopt,dat de beide
wethouders nog lang mogen leven en hun funvtie als wethouders zullen uitoefe
nen.
Mej.Bosma repliceert,dat de figuur Walda hier niet meer in het geding is.De
afgelegde verklaring is een gevolg van hetgeen wethouder De Jong in de vorige
vergadering heeft gezegd,n.ls"dat de wethouders zich nader zouden beraden"
Dat de wethouders hierop niet terug zijn gekomen,was voor de ondertekenaars
aanleiding deze verklaring af te leggen. De heer Hondema heeft spreekster
als een Judas-figuur afgeschilderd,omdat zij bij haar jubileum de burgemees
ter heeft omhelsd.Wanneer een vriend verkeerde dingen doet,zal men hem dit
minder kwalijk nemen,dan wanneer men als raadslid over een functionaris moet
oordelen,meent spreekster.Zij stond bij haar beslissing voor een moeilijke
keuzeshet oordeel als "raadslid" of als "mens".In dit geval moest het "raads
lid" het winnen van de "mens".
Wethouder De Jong ontkent,dat hij toegezegd heeft in deze vergadering een
verklaring af te leggen,zoals mej.Bosma suggereert.Zij heeft dit blijkbaar
verkeerd begrepen.De wethouders zouden zich nader beraden,indien de raads-
meerderheid z:ou uitspreken geen vertrouwen meer in hen te hebben. Uit de no
tulen kan dit wel blijken.
Mej.Bosma geeft,na raadspleging van de notulen,toe,dat zij he± verslag op
dit punt verkeerd gelezen heeft.
Wethouder De Jong onderstreept nog eens wat al eerder opgemerkt is,n.l.dat
de