GEMEENTE IDAARDERADEEL
GROUW
36. Voorstel tot garantie van een geldlening.
Aan de gemeenteraad.
No. 141
Grouw, 18 januari 1963.
Blijkens een voor u ter inzage liggend schrijven heeft
de Stichting Recreatieoord te Grouw ter financiering van de
bouw en inrichting van 8 zomerhuisjes, de verbouw van de
woning van de directeur, de bouw en inrichting van een re
creatiezaal en de aanleg van paden en parkeerterreintjes
behoefte aan een vaste geldlening, groot f 145.000,
De N.V.Bank voor Nederlandse Gemeenten is bereid, per
1 februari a.s. een zodanige lening aan de stichting te ver
strekken tegen een koers van 99^-%, met een looptijd van 30
jaar, een rente van 4ten af te lossen in 30 zoveel moge
lijk gelijke jaarlijkse termijnen.
In verband met de van de zijde van de bank gestelde
eis vraagt de stichting de gemeente de tijdige betaling van
rente en aflossing te garanderen.
Naar aanleiding van dit verzoek mogen wij opmerken,
dat blijkens de indertijd door de stichting overgelegde
exploitatie-opzetten de exploitatie, behalve het eerste
jaar sluitend was. Door het uitblijven der rijksgoedkeuring
is de stichting echter genoodzaakt, het tempo van de uit
voering - bouw van 90 zomerhuisjes in 3 jaar - te vertragen.
In verband hiermede calculeert de stichting in haar
begroting voor 1963, welke in uw vergadering van 23 dezer
ter goedkeuring wordt aangeboden, een tekort van rond
f 13.000,
Het laat zich verder aanzien, dat, wanneer in het
rijksgoedkeuringsbeleid geen wijziging komt, de stichting
ook in de eerstvolgende jaren met belangrijke tekorten zal
moeten werken, welke te zijner tijd door overschotten op
de exploitatie moeten worden gecompenseerd.
Hoewel de gemeente door het verlenen der gevraagde
garantie een zeker risico loopt, moet naar onze mening de
stichting blijven streven naar een zo spoedig mogelijke
algehele verwezenlijking van het recreatieoord. Aan dit
streven kan alleen gevolg worden gegeven, wanneer de stich
ting de beschikking krijgt over de nodige financierings-
middellen.
Aan een goedgunstige beschikking op de ingediende aan
vrage kan dan ook onzes inziens niet worden ontkomen.
Ofschoon de gemeente op grond van de statuten, zoals
bekend, in ruime mate invloed kan uitoefenen op de hande
lingen van het stichtingsbestuur, verdient het naar ons
- oordeel -