No. 4»
De raad der gemeente Idaarderadeel;
Gezien het voorstel van "burgemeester en wethouders dd. 18 november j.l., no.
2790;
Gelet op artikel 167 der Gemeentewet;
"besluit;
telken jare gedurende het tijdvak van 1 april tot 1 oktober te verhuren aan nader
door burgemeester en wethouders aan te wijzen gegadigden de op de bij dit besluit
behorende tekening in vakken A en B aangegeven open ligplaatsen voor boten tegen de
volgende huurprijzen:
a. voor de ligplaatsen ter breedte van 3-50 m of minder (gemeten hart op hart van
de meerpalen) f 60,
b. voor ligplaatsen ter breedte van meer dan 3.50 m doch ten hoogste 4 m
(gemeten als vorenbedoeld) f 70,
c. voor ligplaatsen ter breedte van meer dan 4 m (gemeten als voren
bedoeld) f 90,
en voorts onder de volgende voorwaarden:
1de huursommen moeten jaarlijks vóór 1 april bij vooruitbetaling worden voldaan
aan de gemeente-ontvanger5
2. de huurovereenkomst kan te allen tijde door de huurder en door burgemeester en
wethouders door schriftelijke opzegging worden beëindigd met ingang van de eerste
dag van een kalendermaand en met inachtneming van een opzegtermijn van tenminste
een maand;
3. indien de huur plaats vindt voor een deel van bovenbedoeld tijdvak is slechts
een evenredig deel van bovengenoemde huursommen verschuldigd;
4. de huurder is verplicht het gehuurde zindelijk en ordelijk overeenkomstig de be
stemming als ligplaats voor boten te gebruiken;
5» zonder schriftelijke toestemming van burgemeester en wethouders mag aan het ge
huurde niets worden veranderd noch mogen op het gehuurde getimmerten van welke
aard ook worden gesticht;
6. de huurder is gehouden de aanwijzingen van de havenmeester op te volgen;
7. de gemeente is gerechtigd bij niet prompte betaling van de huurpenningen op tijd
en wijze als hiervoor omschreven, alsmede bij niet naleving van de hierboven ge
stelde voorwaarden de huurovereenkomst van rechtswege en zonder dat enige rech
terlijke tussenkomst is vereist als ontbonden te beschouwen door het enkele feit
der niet- of niet-tijdige betaling of niet-naleving;
8. de huurder is verplicht, binnen 8 dagen, nadat burgemeester en wethouders schrif
telijk hebben te kennen gegeven, dat zij de huurovereenkomst op grond van het be
paalde sub 7 als ontbonden beschouwen, het gehuurde ontruimd op te leveren, on
verminderd de verplichting van de huurder tot vergoeding van kosten, schaden of
interessen;
9. de huurder is verplicht bij het einde van de huur het gehuurde in goede staat
van onderhoud ten genoegen van burgemeester en wethouders, ontruimd op te leve
ren; bij dat einde heeft de huurder geen recht op vergoeding wegens aan het ge
huurde aangebrachte veranderingen of verbeteringen;
10. indien na het verstrijken van de termijn van 8 dagen, sub 8 bedoeld, alsmede bij
het einde van de huur, bedoeld sub 9» blijkt, dat het gehuurde niet is ontruimd,
zijn burgemeester en wethouders bevoegd, zonder enige rechterlijke tussenkomst
het gehuurde te doen ontruimen;
11. alle kosten van de in tweevoud op te maken huurovereenkomst en van de tenuitvoer
legging daarvan komen voor rekening van de huurder.
Grouw, 25 november 1964»
De raad voornoemd,
voorzitter.
secretaris