-3- Artikel 9» De contröle op het geldelijk beheer en de boekhouding van de daartoe aangewezen ambtenaren zal worden opgedra gen aan een deskundige. Artikel 10. Begroting en De in artikel 7, lid 1, bedoelde ambtenaar van de cen- rekening. trale gemeente dient jaarlijks bij de commissie in? a. vóór 1 juli een begroting van baten en lasten en van kapitaalsinkomsten en -uitgaven voor het eerstvolgend dienstjaar, Hij doet de begroting vergezeld gaan van een memorie van toelichting. b. vóór 1 april de over het afgelopen dienstjaar opge maakte exploitatierekening en balans, de laatste per 31 december van dat dienstjaar. Artikel 11. 1De commissie onderzoekt de in het eerste lid, onder a, van artikel 10 bedoelde begroting en zendt hiervan een exemplaar met toelichting vóór 1 augustus van het jaar, voorafgaande aan dat, waarvoor de begroting moet dienen, aan de deelnemende gemeenten. 2. De gemeenten kunnen bij de voorzitter der commissie binnen 4 weken na ontvangst tegen de begroting schrif- - telijk bezwaren inbrengen. De commissie beslist omtrent de eventueel ingekomen bezv/aren en stelt de begroting vóór 1 oktober van het jaar, voorafgaande aan dat, waarvoor zij moet dienen, vast Artikel 12. 1. De commissie onderzoekt de in artikel 10, onder b, bedoelde exploitatierekening en balanê. De commissie stelt de exploitatierekening voorlopig vast en ver zendt hiervan een exemplaar vóór 1 mei aan de deel nemende gemeenten. 2. De gemeenten kunnen binnen 4 weken na ontvangst van de voorlopig vastgestelde exploitatierekening daar tegen bij de voorzitter van de commissie schriftelijk bezwaren inbrengen. 3. Na het verstrijken van de in het vorige lid bedoelde termijn legt de commissie de exploitatierekening ter vaststelling over een Gedeputeerde Staten onder mede- w deling van de daaromtrent kenbaar gemaakte bezwaren. Artikel 13. 1Wijziging in een begroting geschiedt overeenkomstig het bepaalde in artikel 11. 2. De commissie geeft de deelnemende gemeenten kennis van de goedkeuring van de begroting of begrotings wijziging door Gedeputeerde Staten en van de vast stelling van de exploitatierekening door Gedeputeerde Staten. Rekening en Artikel 14. verantwoording1De commissie doet jaarlijks vóór 1 juni aan de deel nemende gemeenten opgaaf van het batig saldo c.q. na delig saldo over het afgelopen dienstjaar. 2. Eventuele voordelige saldi op de exploitatierekening worden gereserveerd voor dekking van toekomstige te korten 3. Voor zover eventuele nadelige saldi niet kunnen wor den gedekt uit de gevormde reserve bedoeld in het tweede lid van dit artikel, worden deze nadelige saldi omgeslagen over de aangesloten gemeenten, waarbij ten laste van de gemeenten BaarderadeelIdaarderadeel en Utingeradeel wordt gebracht 2/7 gedeelte en ten laste van de gemeente Rauwerderhem 1/7 gedeelte. -4-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1965 | | pagina 55