No. 1U De raad der gemeente Idaarderadeel gezien het voorstel van burgemeester en wethouders dd. 7 november j.l., no. 2kj2 gelet op artikel 2k van de Drank- en Horecawet en op de artikelen 269 e.v. van de Gemeentewet besluit vast te stellen de volgende VERORDENING op de heffing en invordering van een belasting wegens het verstrekken van sterke drank, als bedoeld in artikel 2b van de Drank- en Horecawet. Artikel 1 Aard der belasting: Onder de naam Drank- en Horecabelasting wordt een jaarlijkse belasting gehe ven wegens het met vergunning van burgemeester en wethouders uitoefenen van: a. enig horecabedrijf, tot welks uitoefening behoort het bedrijfsmatig verstrek ken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse - b. het slijtersbedrijf; c. de werkzaamheid, bestaande in het anders dan bedrijfsmatig en anders dan om niet voor gebruik ter plaatse verstrekken van alcoholhoudende drank. Artikel 2. Belastingplicht 1. Belastingplichtig is de ondernemer, te wiens name een vergunning voor het uit oefenen van een bedrijf of werkzaamheid, als bedoeld in artikel 1, in het be - lastingjaar is gesteld, of degene die in het belastingjaar het bedrijf of de werkzaamheid uitoefent met toepassing van artikel k, derde lid, van de Drank en Horecawet 2. Indien de vergunning gesteld is ten name van twee of meer personen, is ieder hoofdelijk voor het gehele bedrag van de aanslag aansprakelijk. Artikel 3. Grondslag Grondslag voor de berekening van de belasting is het aantal liters sterke drank, in het belastingjaar omgezet bij het uitoefenen van een bedrijf of werk zaamheid als bedoeld in artikel 1 V* Artikel k Belastingjaar Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar - Artikel 9. Tarief: De belasting bedraagt per 50 liter omgezette sterke drank of gedeelte daarvan bij het uitoefenen van: a. een bedrijf als bedoeld in artikel 1, onder a, of een werkzaamheid als bedoeld in artikel 1, onder c: 7,50; b. een slijtersbedrijf5, Artikel _6 Aangifte 1. Aan ieder die geacht kan worden belastingplichtig te zijn, wordt in de laatste maand van het belastingjaar of zo spoedig mogelijk daarna een aan giftebiljet uitgereikt. 2. Aan degene die ophoudt vergunninghouder te zijn, wordt zo spoedig mogelijk een aangiftebiljet uitgereikt. In geval van overlijden van de vergunninghouder g- schiedt de uitreiking aan diens rechtsopvolger(sonder algemene titel. - 3.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1967 | | pagina 49