Invorderbaarheid
Artikel 13
1. De belasting moet worden betaald voor of op de laatste dag van de maand, vol
gende op die, welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld, hetzij
door betaling ten kantore van de gemeente-ontvanger, hetzij door storting of
overschrijving op de te diens naam staande postrekening, dan wel op een andere
op het aanslagbiljet vermelde wijze.
2. Wanneer in de gevallen als bedoeld in artikel 6, tweede lid, een aanslag wordt
opgelegd, moet deze worden voldaan binnen twee weken na de dagtekening van het
aanslagbiljet
3. Een aanslag is dadelijk en ineens invorderbaar, wanneer de belastingschuldige
in staat van faillissement is verklaard of op zijn roerende of onroerende
goederen executoriaal beslag is gelegd, dan wel wanneer blijkt, dat de belas
tingschuldige het land metterwoon wil verlaten.
4. Door het indienen van een bezwaar-, een beroep-, of een verzoekschrift wordt
de verplichting tot betaling niet opgeschort.
Artikel 1U.
Kwijting
De gemeente-ontvanger is verplicht voor iedere betaling die in zijn handen ge
schiedt, een bewijs van kwijting af te geven.
Artikel 15.
Invordering
De invordering geschiedt overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 291 tot
en met 295 der gemeentewet.
Artikel 16
Afschrijving
1. Indien de belastingschuldige niet in staat is anders dan met buitengewoon be
zwaar de belasting geheel of gedeeltelijk te voldoen, kunnen burgemeester en
wethouders op schriftelijk verzoek van de belastingschuldige - de gemeente
ontvanger gehoord - het verschuldigde bedrag geheel of gedeeltelijk afschrijven.
2. De beslissing op het verzoek wordt de belastingschuldige schriftelijk medege
deeld.
Artikel 17.
Toerekening van de betalingen:
De toerekening van de betalingen geschiedt in de volgende orde:
a. op de kosten van vervolging, zo deze verschuldigd zijn:
b. op de oudste van de openstaande aanslagen.
Artikel 18.
Oninbaarverklaring
De gemeente-ontvanger zendt zo spoedig mogelijk aan burgemeester en wethouders
een staat met toelichting van de aanslagen of gedeelten van aanslagen welke hij
niet heeft kunnen invorderen. Burgemeester en wethouders zenden deze staat aan de
gemeenteraad met een voorstel tot oninbaarverklaring van de posten welke zij daar
voor vatbae.r achten.
Artikel 19.
Strafbepali ngen
1Het niet of niet behoorlijk vervullen van de formaliteiten welke ter uitvoering
van deze verordening worden gevorderd, wordt gestraft met hechtenis van ten
hoogste twee maanden of geldboete van ten hoogste driehonderd gulden.
2. Het doen van een onjuiste of onvolledige aangifte of opgave, zulks met het oog
merk de belasting te ontduiken, wordt krachtens artikel 30é var. de gemeentewet
gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie maanden of met geldboete van
ten hoogste drieduizend gulden.
- Artikel 20. -