- 3 -
Een en ander samenvattende zou spreker burgemeester en wethouders willen verzoe
ken, dit voorstel terug te nemen en opnieuw aan de raad voor te leggen, zodra alle
gegevens, nodig voor een juiste beoordeling van het voorstel, bekend zijn. In dat
licht bezien, doet de opmerking van burgemeester en wethouders dat het risico, dat
de gemeente bij inwilliging van het verzoek loopt, betrekkelijk gering is" pover aan.
Ook wil spreker gaarne wetenwaarom de geldlening op 31 december zal worden opge
nomen
De voorzitter antwoordt, dat hij niet wenst in te gaan op de kwestie van de jaar
rekeningen 19Ó3~tot en met 1966. Hij acht dit voldoende bekend. Aan de orde is de
consolidering van kasgelden voor diverse reeds uitgevoerde objecten, welke voor een
groot deel al in de vorige begroting van het Recreatieoord werden verwerkt.
Niettegenstaande het bestuur reeds.op het parkeerterrein en op het toiletgebouw
heeft afgeschreven, kon over 19^7 een exploitatiewinst van 10.000,worden ge
boekt. Aan uw verzoek om overlegging van een exploitatieverslag over 1967 en een be
groting voor 1968 kunnen wij niet voldoen, zegt spreker. Hij acht dit ook niet be
slist nodig, omdat het volledig effect van deze werken al in de door de raad goedge
keurde begroting voor 1967 tot uiting komt. Dat dit punt niet eerst in de Eerste
Afdeling is behandeld, is een gevolg van de zienswijze van het college. Burgemeester
en wethouders zien deze zaak niet als zo belangrijk. Zij betreft het consolideren
van bedragen en van een beleid, waarover de goedkeuring van de raad al is uitgespro
ken.
Mevrouw Spijkstra informeert, waarom de kosten van de aanleg van het parkeer-
terrein en die van de bouw van het derde toiletgebouw nu hoger zijn vermeld dan enige
maanden geleden, toen het raadsbesluit genomen is.
voorzitter antwoordt, dat het zo niet gesteld kan worden, Twee maanden geleden
is een besluit genomen tot aanleg., maar twee jaar geleden is de begroting daarvoor
in verband met de subsidieaanvraag al opgemaakt. Sedertdien zijn de aanlegkosten
uiteraard gestegen. Men weet nooit precies, hoeveel geld er nodig is. Dat blijkt pas
na de aanbesteding van het werk en de gunning.
De heer De Boer zou graag zien, dat voor de behandeling van de gemeentebegroting
1968 de rekeningen van het Recreatieoord aan de raad worden voorgelegd.
De voorzitter antwoordt, dat burgemeester en wethouders daartoe wel bereid zijn,
maar het is zeer de vraag, of dat mogelijk is. Het zal er in de voornaamste plaats
van af hangen, of het Verificatiebureau tegen die tijd gereed zal zijn met zijn
rapport. Wanneer dit niet tijdig binnenkomt, zou het kunnen betekenen, dat de behan
deling van de gemeentebegroting voor het komende jaar uitgesteld zou moeten worden.
Het college voelt niet voor dit uitstel, omdat dit weer vertraging betekent in de
uitvoering van diverse werken.
Hierna wordt het voorstel van burgemeester en wethouders aangenomen met 9 tegen
U stemmen. Tegen stemmen de heren: Hettinga, Van de Lageweg, Moedt en DrsPrange
Aanvrage ex artikel 72 der Lager-onderwijswet 1920 van het Bestuur der Sint Martinus-
school te Warga voor het aanschaffen van een projectietoestel
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel beslo
ten
8» Voorstel tot ruiling van stroken grond met de Coöperatieve Raiffeisenbank "Roorda-
huizum-Grouw"
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel beslo
ten
9Voorstel tot vaststelling van een nieuwe verordening op de heffing van tonnengeld.
De heer Menger zegt niet erg gelukkig te zijn met dit voorstel. Meerdere malen is
er vanuit de raad op aangedrongen een regeling te treffen, waarbij de huiseigenaar
in de tonnenbelasting wordt aangeslagen in plaats van de huurder. Van de 331 perce
len, die nog van een privaatton zijn voorzien, kunnen 172 geen closetaansluiting
krijgen. Voorts staat op bladzijde 2 van het voorstel vermeld, dat van de resterende
159 percelen 'slechts k2 door huurders, geen eigenaren zijndeworden bewoond.
Spreker vindt dit nogal een aanzienlijk percentageEen en ander is voor de heer
Menger aanleiding het navolgende voorstel aan de raad voor te leggen:
1. de tonnenbelasting voortaan te heffen van de eigenaar van het pand;
2. a. voor de percelen, welke niet van een watercloset kunnen worden voorzien, de
door de eigenaar te betalen aanslag vast te stellen op 50,— per privaatton;
b. voor de percelen, waarin wel watercloset kan worden aangebracht de heffing
vast te stellen op 125,per privaatton.
- Dit voorstel -
