Grouw, 18 januari 1968.
De eerste afdeling van de raad, die heden heeft onderzocht de aan haar
overgelegde ontwerpen van de gemeentebegroting, van de begrotingen van het
grond- en gasbedrijf, alsmede de begrotingen van het recreatieoord en de
jachthaven, alle dienstjaar 1968kan zich in grote lijnen verenigen met de
uitgetrokken bedragen en de daarbij gegeven toelichtingen.
De leden der afdeling zijn evenwel unaniem van mening, dat de bezoldiging
van de gemeente-ontvanger (post volgnummer 10 van de gemeentebegroting) niet
in overeenstemming is met de omvang en de belangrijkheid van de functie en de
daaraan verbonden verantwoordelijkheid. De afdeling zal dan ook gaarne zien,
dat uw college te dezer zake diligent blijft en elke gelegenheid, die tot een
betere waardering der functie kan leiden, zal aangrijpen.
Het is de afdeling voorts opgevallen, dat de bijzondere schoolbesturen
stellig niet in staat zullen zijn, het onderhoudswerk aan hun scholen te
laten verrichten tegen het uurloon dat voor de openbare scholen, die voor een
deel door eigen gemeentelijk personeel worden onderhouden, is uitgetrokken.
Zij vraagt daarom aan uw college aan dit punt bijzondere aandacht te willen
schenken en te overwegen, of het mogelijk is, deze onbillijkheid weg te nemen.
Een minderheid der afdeling is van oordeel, dat de beloningen voor de
Fryske akte, die momenteel respectievelijk f.90.- sn f.l80«— bedragen, moeten
worden opgetrokken tot onderscheidenlijk f.150.- en f.250.-, zulks mede om de
studie voor- deze akte te stimuleren.
De meerderheid der afdeling daarentegen acht de huidige beloning als
aanmoedigingspremie voldoende.
Een enkel lid geeft in overweging, het bedrag der administratiekosten
voor het bijzonder onderwijs (post volgnummer 370) van f.4.- op f.5.- per
leerling te brengen, zulks in verband met een koninklijk besluit van 25
september 196 7
De grootst mogelijke meerderheid der afdeling wil gaarne worden inge
licht omtrent de mogelijkheid van koppeling van het subsidie voor de dorps
huizen aan de rijkssubsidieregeling- op dit punt (post volgnummer 430).
Enkele leden vragen zich af, of het niet gewenst is, de fondsen voor
culturele doeleinden en voor studie van kinderen van on- of minvermogenden
tot één fonds samen te smelten, zulks omdat van laatstbedoeld fonds heel
weinig gebruik wordt gemaakt.
Een tweetal leden is van oordeel, dat de afschrijvingstermijnen voor
de bungalows, steigers, transformatcrstation en woning van de directeur van
het recreatieoord te lang zijn. Zij achten het gewenst deze termijn in te
korten en eventuele nadelige saldi aan de aanloopverliezen toe te voegen.
De ontwerp-begrotingen van het grond- en gasbedrijf, alsmede de begro
ting van de jachthaven, hebben de afdeling geen aanleiding gegeven tot het
maken van opmerkingen.
De rapporteur,
(get.) K.Moedt
Aan burgemeester en
wethouders