.6. De raad der gemeente Idaarderadeelj
Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders dd. 3 december
1968 no. 2787,
b e s 1 u i t s
vast te stellen de navolgende
VERORDENING tot regeling van de woonplaats
van het onderwijzend personeel van het
kleuter-, basis- en voortgezet onderwijs
in de gemeente Idaarderadeel
Artikel 1
Het onderwijzend personeel in vaste dienst bij het kleuter-, basis-
en voortgezet onderwijs in deze gemeente is verplicht te wonen binnen een
bepaald gebied.
Artikel 2.
Bij besluit van burgemeester en wethouders kan voor de toepassing
van artikel 1 een gebied aangewezen worden dat ruimer is dan hetwelk wordt
bepaald door de grenzen van de gemeente. Het in de vorige zin bedoelde be
sluit bevat een zo nauwkeurig mogelijke beschrijving of aanduiding van de
grenzen van het gebied.
Artikel 3°
Indien burgemeester en wethouders geen gebruik hebben gemaakt van de
hun in artikel 2 gegeven bevoegdheid, wordt het in artikel 1 bedoelde ge
bied bepaald door de grenzen van de gemeente.
Artikel 4»
Burgemeester en wethouders kunnen het onderwijzend personeel van de
verplichting ingevolge artikel 1 ontheffing verlenen. Een verleende onthef
fing kan met inachtneming van redelijke overgangsbepalingen worden ingetrok
ken wanneer het dienstbelang haar niet langer gedoogt.
Artikel 3°
Aan het onderwijzend personeel kan door burgemeester en wethouders*
indien het onderwijsbelang dit vordert, de verplichting worden opgelegd te
wonen in een bepaald gedeelte van het in artikel 1 bedoelde gebied, dan
wel binnen een bepaalde afstand van de plaats, waar het zijn betrekking
heeft te vervullen.
Artikel 6.
Deze verordening treedt in werking op 1 januari 1969»
Grouw, 10 december 1968.
De raad voornoemd,
voorzitter.
secretaris.