b. de kosten van voorbereiding en vaststelling van bestemmingsplannen, voor zoveel deze aan het exploitatiegebied moeten worden toegerekend; c. de kosten van de in artikel 2 genoemde werken - met uitzondering van de werken in het exploitatiegebied, die voor de aanvang van het in exploitatie brengen van de gronden in het exploitatiegebied zijn tot stand gekomen, voor zover de uitvoering van de werken niet met het oog op het in bouwexploitatie brengen van gronden heeft plaats gevonden - met vermelding van het aandeel, dat ten laste van de gronden in het exploitatiegebied wordt gebracht. Voor de bepaling van dit aandeel wordt re kening gehouden met de mate van nuttigheid van de werken voor het exploitatiege bied; d. een bijdrage in het gemeentelijk apparaat., voor zover dit rechtstreeks aan het in bouwexploitatie brengen van de gronden heeft medegewerkt; e. de rente van geinvesteerde kapitalen en overige lasten, verminderd met revenuen; II.de wijze van toerekening van de totale onder I bedoelde kosten aan de bouwgrond in het exploitatiegebied onder vermelding van de daarbij in acht te nemen verhoudingscijfers waarin gewaardeerd wordt het profijt, dat de gronden hebben van de onder I genoemde voorzieningen, uitgaande van de ligging en de maximaal toegelaten gebruiksmogelijk heden van de gronden; voor zover in de waardering van het profijt de mate, waarin de toegelaten gebruiksmogelijkheden kostenveroorzakend werken niet voldoende tot uitdruk king kan worden gebracht, wordt tevens vermeld de wijze, waarop met de kostenveroor- zaking rekening wordt gehouden. Artikel 10. Voor de toerekening, bedoeld in artikel 9, onder II, wordt als rekeneenheid ge bruikt het bedrag per geclassificeerde m^ bouwgrond, verkregen door het aantal m^ bouwgrond naar soort te vermenigvuldigen met een bestemmingsfactor en een liggings- factor, waarin het belang bij de voorzieningen, genoemd in artikel 9, onder I, tot uitdrukking komt en het aldus berekende totaal der geclassificeerde oppervlakte te delen op het totaal van de toe te rekenen kosten. Artikel 11 1De exploitant betaalt als bijdrage in de kosten van het in bouwexploitatie brengen het bedrag, dat naar de regels van de artikelen 8,9 en 10 volgens de exploi tatie-opzet aan de door hem in exploitatie te brengen grond wordt toegerekend vermeer derd met de kosten op de afstand van de in artikel 5onder b bedoelde gronden vallen de en de kosben van de kadastrale uitmeting en verminderd met de geschatte inbreng- waarde, als bedoeld in artikel 9, onder I, sub a, van de in bouwexploitatie te brengen grond zowel de grond, die de exploitant als bouwterrein overhoudt als die, welke voor openbare voorzieningen is bestemd en aan de gemeente wordt afgestaan 2. Ter bepaling van de door de exploitant te betalen kosten wordt de waarde van de ingebrachte grond, als bedoeld in lid 1door de gemeente in overeenstemming met de exploitant vastgesteld of bij het ontbreken van overeenstemming door een commissie van drie deskundigen, van wie een aan te wijzen door de gemeente, één door de ex ploitant en een door de beide reeds aangewezen deskundigen. Wordt over de aanwijzing van de laatstbedoelde deskundige geen overeenstemming verkregen, dan berichten de aan gewezenen tezamen dit. aan hun'opdrachtgevers'waarna de meest gerede partij, met kennisgevi hiervan aan de wederpartij, de kantonrechter in het kanton, waartoe de gemeente be hoort, kan verzoeken deze deskundige te benoemen. Artikel 12. 1De ten behoeve van de exploitatie nodige werken worden van gemeentewege aan gelegd, voor zover de aanleg van de werken niet tot de taak van een ander publiek rechtelijk lichaam behoort. 2. De gemeente zal tot de uitvoering van de in lid 1 bedoelde werken niet over gaan, voordat de in artikel 6 bedoelde grond aan de gemeente is afgestaan en de in gevolge artikel 11 door de exploitant verschuldigde bijdrage is betaald, dan wel onder voldoende garantie een regeling is getroffen, waarbij de tijdige betaling van dat bedrag en de afstand van de grond zijn verzekerd. 3. In afwijking van het bepaalde in lid 1, kunnen burgemeester en wethouders de uitvoering van de van gemeentewege aan te leggen werken aan de exploitant overlaten, indien naar het oordeel van burgemeester en wethouders een goede uitvoering is ge waarborgd. De overige bepalingen van de verordening vinden in dit geval toepassing op een voor zoveel nodig aan deze afwijking aangepaste wijze.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1970 | | pagina 45