Artikel 16.
Het genot van de bezoldiging vangt aan met de dag, waarop de aanstelling ingaat
Indien in het besluit van benoeming geen datum van ingang is vermeld, vangt het
genot van de bezoldiging aan met de dag, waarop het ambt is aanvaard.
De bezoldiging wordt per maand uitbetaald.
Het genot van de bezoldiging eindigt op de dag van ontslag uit de betrekking of
op de dag van het overlijden van de ambtenaar.
Artikel 17.
Bij aanstelling, bevordering, verhoging of uitbetaling van bezoldiging worden
de ambtenaar geen kosten in rekening gebracht
Artikel 18.
In gevallen, waarin de bezoldiging of de kortingsbedragen moeten worden bere
kend over een gedeelte van een maand of van een week, wordt de bezoldiging of
korting per dag vastgesteld door de bezoldiging of korting per maand te delen
deer het aantal dagen van de desbetreffende kalendermaand.
De ingevolge het vorige lid vastgestelde bedragen worden tot een cent naar boven
afgerond.
Artikel 19°
In gevallen, waarin deze verordening niet voorziet, treffen burgemeester en
wethouders de nodige voorzieningen.
Artikel 20.
Burgemeester en wethouders bepalen nader de salarisancienniteit van de bij
het inwerkingtreden dezer verordening in dienst zijnde ambtenaren.
Artikel 21
Deze verordening wordt geacht in werking te zijn getreden op 1 januari resp.
1 april 1971
Zij kan worden aangehaald als ''Bezoldigingsverordening 1971
Artikel 22.
Met ingang van 1 januari 1971 vervalt de Bezoldigingsverordening 1970.
Artikel 23.
Ove rgangsbe pali ngen
De ambtenaren, die op 1 september 1956 in dienst der gemeente waren, en op
dat tijdstip in het bezit waren van het diploma Boekhouden (Associatie genieten
deswege in afwijking van het bepaalde in artikel 1^, een vaste toelage van
168,— per jaar.
Artikel 2k.
Het salaris van de op 1 januari 1968 in functie zijnde concierge van het
gemeentehuis bedraagt per 1 januari 1971 f 1168,en per 1 april 1971 f 1180s -
per maand.
Grow,
De raad voornoemd,
voorzitter.
secretaris.