13. Beroepschrift van de Plaatselijke Commissie voor
de ruilverkaveling "De Sneeker Oudvaart" teren
weigering van een vergunning voor c.q. een last
geving inzake recreatieve voorzieningen nabij
Irnsumerzijl.
Aan de gemeenteraad.
Grouw, IS januari 1973.
Ingevolge ons besluit van 14 augustus j.l. hebben wij aan bovenge
noemde commissie:
a. een vergunning geweigerd voor d.e bouw van een trailerhelling met toe
gangsweg aan de Kromme Grou nabij Irnsumerzijl;
b. een lastgeving verstrekt tot verwijdering van de reeds aangebrachte
sub a bedoelde voorzieningen;
c. een lastcreving verstrekt tot verwi jdering van een zonder vergunning
ter plaatse aangelegde parkeerplaats en tot het ongedaan maken van een
ingraving van de oever;
d. de suggestie gedaan, een bouwvergunning aan te vragen voor een vastge
zette woonark, die haar drijvend karakter heeft verloren.
De hierbovengenoemde maatregelen steunen op de overweging:
1. dat het gebied, waarin de trailerhelling is gelegen, volgens het uit
breidingsplan in hoofdzaak bestemd is voor "agrarische doeleinden"
(gebied O)
2. dat overeenkomstig het gestelde in artikel 3, le lid, deze gronden
uitsluitend bestemd zijn voor de uitoefening van akkerbouw, veeteelt,
tuinbouw of enige andere tak van bodemcultuur;
3. dat het bouwwerk duidelijk in strijd, is met het ter zake bepaalde in
het uitbreidingsplan in hoofdzaak en de vergunning mitsdien moet V/or
den geweigerd;
4dat in verband met deze weigering de reeds aangebrachte trailerhelling
met toegangsweg moet worden verwijderd;
5. dat ook de aanleg van een parkeerterrein en het ingraven van de oever
in strijd zijn met het bestemmingsplan (agrarische doeleinden, gebieo.
O) en deze voorzieningen derhalve niet kunnen worden getolereerd;
6. dat de ter plaatse aangebrachte woonark is vastgezet en haar drijvend
karakter heeft verloren, zodat zij als een bouwwerk moet worden aange
merkt, waarvoor een bouwvergunning noodzakelijk is.
Tegen de weigering van de bouwvergunning voor de trailerhelling met
toegangsweg en de verstrekte lastgevingen heeft de Plaatselijke Commissie
voor d.e P.uilverkaveling tijdig beroep ingesteld bij de raad. Omdat de
voorbereiding voor de behandeling van het beroepschrift nog niet was vol
tooid, hebt u in uw vergadering van 20 december j.l. besloten, de beslis
sing daarop te verdagen.
De zaak is thans zover gevorderd, dat tot afhandeling kan worden
overgegaan.
De Plaatselijke Commissie stelt onder meer, dat de gewraakte trai
lerhelling niet als bouwwerk kan worden aangemerkt, maar dat, ook al zou
zulks wel het geval zijn, de weigeringsgrond voor het verlenen van een
bouwvergunning ontbreekt. Zij is namelijk van mening, dat nu in het be
stemmingsplan een regeling ontbreekt omtrent de toelaatbaarheid, van bouw
werken, die geen gebouwen zijn, de toetsing van de aanvrage alleen aan de
bouwverordening mag geschieden.
Ten aanzien van de toegangsweg, de parkeerplaats en de ingraving
merkt appellante op, dat deze moeten worden beschouwd als werkengeen
bouwwerken zijnde. Nu in het bestemmingsplan een regeling inzake aanleg-
vergunningen voor deze werken ontbreekt, is volgens ue commissie geen
vergunning nodig en kan onmogelijk worden gesproken van een daad in strijd
met het bestemmingsplan.
GEMEENTE IDAARDERADEEL
GROUW
No. 185
