- 3 -
9Voorstel tot verkoop van een perceeltje water van de Driehuister Vaart.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voor
stel besloten.
10Voorstel tot voorlopige vaststelling van de bedragen, bedoeld in artikel
55ter der Lager-onderwïjswet 1920 over het jaar 1972 en over de vijfjaar
lijkse periode van 1960 t/m 1972.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voor
stel besloten.
11Voorstel tot voorlopige vaststelling van de bedragen, bedoeld in artikel
47 der Kleuteronderwijswet voor het jaar 1972.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voor
stel besloten.
12. Voorstel tot vaststelling van de vergoedingen, bedoeld in artikel 73 en 127
van de Kleuteronderwijswet ten behoeve van de Stichting Kleuterschool dar
ten a te Wartena over 1972.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voor
stel besloten.
13. Voorstel tot vaststelling van nieuwe verordeningen op de heffing van
rioolbelasting en wegbelasting.
De heer Meester noemt het voorstel een beetje op chantage lijken. Wan
neer de gemeente deze tarieven niet verhoogt, geeft Den Haag 350.000,
minder. Idaarderadeel is een artikel 12-gemeente en er zal zodoende wel
niets aan te doen zijn. Spreker zegt aan deze chantage niet mee te zullen
doen en zijn stem tegen het voorstel te zullen uitbrengen in de hoop, dat
de meerderheid zal voorstemmen.
Ook mevr. Spijkstra-Nijdam zegt niet voor deze verhoging te zijn al
beseft zij wel dat aan deze verhoging niet valt te ontkomen.
De heer Sjouke de Boer vraagt of het college alsnog bereid is op korte
termijn tot invoering van de belasting op onroerend goed over te gaan en
zou graag vernemen of het college al gereed is met de voorbereiding. Door
de invoering nou men dan da entra uitkering uit Don Haag kunnen bcwcrkan
Wethouder Vledder interumpeertdat de opbrengst geen 350.000,zal
zijn.
De voorzitter zegt, dat in de afdelingsvergaderingen bij de begrotings
behandeling nader op dit punt kan worden ingegaan. Het ligt in het voorne
men van het college in 1974 met de voorbereiding voor de invoering van een
onroerendgoed belasting te beginnen. Dit betreft echter een langdurig pro
ces, dat zeker niet in één jaar rond zal zijn. De begroting voor 1974 zal
echter eerst moeten zijn goedgekeurd. De invoering kost een hoop geld. In
de beschrijvingsbrief zullen een aantal opmerkingen inzake de invoering
worden behandeld.
'w Spreker zegt, dat de uitlatingen van de heer Meester hem erg hebben te
leurgesteld, dit is serieus bedoeld. Manneer men een art. 12-gemeente is,
betekent dit jaarlijks een extra deel uit de pot van het gemeentefonds. De
bedragen uit dit fonds moeten over alle gemeenten naar recht en billijkheid
worden verdeeld. Wanneer aan deze gemeente een extra uitkering wordt ver
leend, betekent dit dat de overige gemeenten minder zullen ontvangen, want
de totale omvang van de pot blijft gelijk. Dij het verlenen van een ver
hoogde uitkering kan de minister moeilijk tot de gemeente zeggen: "Laat je
belastingen maar op hetzelfde niveau". De nu geheven percentages worden
door de regering redelijk geacht. .Spreker zegt, dat men hier kwalijk kan
spreken van chantage. De minister is redelijk, maar stelt voorwaarden
Maar dat doet de gemeente bij subsidieverlening vaak ook. Dit zijn spelre
gels, waaraan men moet voldoen. O/er de hoogte van de bedragen kan men
twisten. Spreker acht het redelijk, dat de minister eerst vraagt orde op
eigen zaken te stellen.
Wethouder Vledder zegt, dat men deze kwestie ook anders kan benaderen
door te stellen, dat tengevolge van de extra uitkering van 350.000,de
inwoners van Idaarderadeel minder belasting betalen. In de verte is dit
ook een antwoord aan de heer Sjouke de Boer. Deze 350.000,moet boven
water komen uit de belastingen, die de inwoners moeten betalen.
- 4 -