Bij een beroep op art. 19 kan spreker zich niet indenken dat dit zomerhuisje
er niet zal komen. Bij het geval Bles was een deel van de raad toen van me
ning dat de entree naar Warga zou worden verfraaid en dit is juist gebleken.
Daarom dient ook hier de hokkentroep te verdwijnen en een nieuw huisje te
worden gebouwd. Spreker is het niet eens met het voorstel.
De voorzitter meent, dat de heer Van de Lageweg zich op een levensgevaar
lijk pad begeeft. Wanneer u op de stoel van burgemeester en wethouders ging
zitten, zouden alle gevallen, die burgemeester en wethouders kennen, volledig
van de kaart gaan.
De heer Van de Lageweg vraagt of burgemeester en wethouders kunnen ver
plichten om hokken af te breken.
De voorzitter antwoordt, dat in dit geval die verplichting alleen geldt,
wanneer er een woonschip komt. Wanneer een hok inwaaitkan het op dezelfde
wijze worden herbouwd.
Wethouder Vledder zegt van de discussie niet zo veel begrepen te hebben.
Men heeft steeds de "mond vol over milieu- en natuurbescherming. Hier is men
al jaren mee bezig. Maar op deze woorden moeten ook eens daden volgen. De on
derhavige kwestie speelt al jaren. "As wy de poat net stiif halde, is it net
mooglik de natür yn stan to halden". Spreker haalt als voorbeeld aan het Pik
meer en het geval Irnsumerzijl. Een veelvoud van deze gevallen komt niet naar
voren. De commissie voor administratief beroep heeft duidelijk gesteld, dat
alles moet worden voorkomen, dat er een zomerhuisje komt. ''En as wy it dan foar
de Kroan forlieze soene, akkoart. Mar wy hawwe dan yn elk gefal fochten. By
need bitelje wy dan in skeaforgoeding"
De heer Schermer merkt op, dat de heer Van de Lageweg met zijn voorbeeld
van de Wargastermeer niet erg gelukkig is geweest. De woning van de heer 3les
betreft geen rekreatiepand. Waarschijnlijk heeft hij er voorgestemd. Ook is
gezegd dat de Birdskop er van opknappen zal, wanneer een nieuw huisje wordt
gebouwd. Hivermee is alles goed te praten. Spreker zou het toejuichen, indien
de kans zou bestaan de meeroevers schoon te maken. Hij is echter tegen het
standpunt om, wanneer de omgeving er van opknapt, het verzoek maar toe te
staan. Het lignlaats kiezen met een woonschip gaat spreker ver genoeg.
De heer Sipke de Boer schaart zich achter het voorstel van burgemeester en
wethouders. Men is prof. Hoeksema genoeg tegemoetgekomen. De heer Hoeksema
moet echter wel recht worden gedaan. Spreker vindt het vervelend dat er
woonforensenbelasting geheven is. Dit dient te worden terugbetaald. Wanneer
de gemeente het moet verliezen, dan maar verliezen. Maar men moet "de kop" er
wel voorhouden.
De voorzitter antwoordt, dat, wanneer de raad het voorstel van burgemeester
en wethouders aanneemt, de woonforensenbelasting zal worden terugbetaald.
Mevr. Spijkstra-Mijdam merkt op, dat door het heffen van woonforensenbelas
ting bij prof. Hoeksema de indruk is gewekt, dat hij rechten had. Hierbij is
de erkenning gewekt van een zomerverblijf. Is het niet zo dat het college de
grond onder de voeten is weggenomen. Overigens zal spreekster niet tegen het
voorstel stemmen.
De voorzitter antwoordt, dat het hier om twee zaken gaat n.l. een verzoek
om een bouwvergunning en het heffen van woonforensenbelastingBurgemeester
en wethouders onttrekken zich geenszins aan hun verantwoordelijkheid. Het
heffen van de belasting is een taktische fout geweest.
Wethouder Vledder zegt dat prof. Hoeksema sinds 1969 wel weet, dat het
college geen zomerhuisje op de Birdskop wil hebben. Spreker hoopt dat de raad
tot hetzelfde standpunt komt.
De heer Bangma zegt niet veel steun uit de raad te hebben gekregen. Spre
ker meent, dat burgemeester en wethouders vrat licht over de bepaling waarbij
de ligplaats tot wederopzegging wordt toegestaan, heenstappen. Spreker is zelf
eigenaar van een woonschip geweest, maar moest op een gegeven moment ook ver
dwijnen. Deze norm wordt niet voor de aardigheid opgenomen. Wanneer er een
woonschepenhaven zou komen dan kun je maar vertrekken, zonder enig verweer.
Spreker vindt het geen argument van het college om maar te zeggen; het heeft
niets om de hakken". Hij neemt verder als voorbeeld de ark van Velstra aan de
Wijde Ee. Deze mocht ook niet worden verkocht.
- 10 -