Mede namens zijn fractie verzoekt spreker burgemeester en wethouders dit voorstel
terug te nemen en contact op te nemen met korfbalvereniging "Marfügels", de ten
nisvereniging en de 2e afdeling van de raad om alsnog te bevorderen, dat het
recht van opstal aan de Stichting Sportcentrum te Grouw wordt verleend.
De heer Bangma deelc mee, dat de bewoners van It Skütsje bezwaren hebben geuit
tegen de plaats waar de was- en kleedgelegenheid is gepland. Aangezien het uit
zicht van deze bewoners door het beoogde bouwwerk zal worden belemmerd, doet hij
de suggestie het gebouw eventueel tegenover de Dokter Schoustrastrjitte te bou
wen. Het is spreker niet bekend of de "Marfügels" zich hiermee kunnen verenigen.
Hij stelt voor de bewoners van It Skütsje in het overleg terzake te betrekken.
De heer Sjouke de Boer merkt op, dat het bij het onderhavige voorstel in feite
alleen gaat om het recht van opstal. Tenzij dit al een uitgemaakte zaak is, moet
over de plaats van het gebouw nog een beslissing worden genomen; dit is nu niet
aan de orde.
De heer Langhout wijst er op, dat de woningen langs It Skütsje eigen woningen
zijn. Door de bouw van een was- en kleedgelegenheid aan de westzijde van het
sportterrein wordt het uitzicht van de bewoners van deze straat inderdaad belem
merd, waardoor hun woningen een waardevermindering zullen ondergaan. Spreker
pleit ook voor een andere plaats van het gebouw.
De heer Meester merkt op, dat het voorstel melding maakt van ingebruikgeving
van de velden aan de korfbalvereniging Marfügels. Spreker veronderstelt, dat hier
sprake is van een schrijffout.
Wethouder Vleader antwoordt, dat met de zinsnede omtrent de in gebruikgeving
van de velden slechts een praktische constatering wordt beoogd. Uiteraard zal dit
nieuwe gedeelte van het sportterrein ook aan de stichting Sportcentrum worden
verhuurd.
De heer Sipke de Boer is het met de heer Sjouke de Boer eensdat momenteel
alleen het recht van opstal in het geding is. Hij pleit in dit opzicht voor een
behoorlijke constructie, waarmee zowel de tennisvereniging als de korfbalvereni
ging is gediend. Op dit moment kan hiervoor geen exacte oplossing worden gegeven.
Wethouder Vledder zegt, dat de te berde gebrachte bezwaren ook in het college
van burgemeester en wethouders worden aangevoeld. In principe staat het college
ook op het standpunt, dat het recht van opstal aan de stichting Sportcentrum te
Grouw moet» worden verleend. Wat de plaats van het gebouw betreft, deelt spreker
mee, dat de mogelijkheid om het ergens anders te bouwen eigenlijk niet aanwezig
is. Terzake is reeds overleg gepleegd met de betrokken verenigingen en het sport
centrum. De wethouder benadrukt nog eens, dat de mogelijkheid om het gebouw nu te
realiseren, aangegrepen moet worden. Met de bouw van de was- en kleedgelegenheid
is veel geld gemoeid. In dit verband kan spreker voorts meedelen, dat burgemees
ter en wethouders benaderd zijn door de bewoners van It Skütsje omtrent de plaats
van het gebouw, zoals die op de overgelegde tekening is aangegeven. Wij hebben de
bewoners geadviseerd zich omtrent hun bezwaren in eerste instantie te wenden tot
de korfbalvereniging "Marfügels Helaas heeft men geen overeenstemming kunnen
bereiken. De situatie is dan ook verre van gemakkelijk.
Spreker voelt er alles vcor, dat terzake een inspraakprocedure op gang wordt
gebracht en dat belanghebbenden met elkaar om de tafel gaan zitten om de moei
lijkheden te bespreken. Overigens voorziet spreker, dat het heel moeilijk zal
worden om tot een voor alle partijen aanvaardbare oplossing te komen, gezien de
gesprekken, die reeds op dit punt hebben plaats gevonden. Spreker zegt, dat het
college een en ander graag nader wil bezien.
Mevr. Spijkstra-Nijdam is van mening, dat het van belang is nu de moeilijkhe
den te onderkennen en het voorstel aan te houden tot de raadsvergadering van 6
augustus a.s.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van de heer Sip
ke de Boer besloten.
Voorstel tot deelneming aan een gemeenschappelijke regeling betreffende het ver
lenen van bijstand bij het voorkomen, beperken en bestrijden van branden en inza
ke hulpverlening bij andere ongevallen.
De heer Van de Lageweg zegt enigszins verwonderd te zijn over dit voorstel,
omdat onze gemeente toch een van de eerste gemeenten in Friesland was, die zich
tegen de gewestvorming heeft uitgesproken.
