-5-
9Voorstel tot vastelling van een nieuwe verordening op de heffing van op
centen op de personele belasting.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het
voorstel besloten.
10Voorstel tot wijziging van de verordeningen op de heffing van weg- en
rioolkelasting
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het
voorstel besloten.
11Voorstel tot wijziging van de verordening op de heffing van woonforensen--
belasting.
De heer van Essen zegt te willen proberen de f 9.000.— voor de gemeen
te terug te verdienen. Spreker zegt het door het college voorgestelde be
drag van f 4,25 te willen verhogen tot f 5,per m2. Dit betekent over de
gehele opbrengst een verhoging van negen a tienduizend gulden.
De voorzitter zegt, dat dit dan wel een verhoging betekent van 32%. Spreker
zegt hiervoor wel wat huiverig te zijn.
De heer Vledder meent, dat dat geen ramp is. Bij de steigergelden is
dat ook het geval
De heer Meester zegt, dat het hem wel wat moeilijk wordt gemaakt, omdat
het zijn principe, om niet meer dan 10% verhogen, doorkruist. Maar het geld
komt van mensen, die het wel kunnen missen, en daarom is spreker vóór het
amendement van de heer van Essen.
De heer van Belle weet niet of het haalbaar is, maar het amendement
spreekt hem wel aan, ook al omdat het hier een belasting is die niet onder
de onroerend goedbelastingen valt.
De heer de Wolf wil graag van de heer van Essen horen hoe hij aan
f 0,75 verhoging komt en waarom juist de woonforensenbelasting hiervoor is
gekozen.
De heer Meester: "Ik tocht, dat ik dat al sein hie".
De heer van Essen antwoordt, dat een verhoging van f 0,50, zoals het
college voorstelt, een meeropbrengst van f 6,500,betekent, komt hier noa
eens f 0,75 bij, dan wordt de opbrengst noa eens f 9.000,- f 10.000,—
hoger. Spreker zegt, dat iedere inwoner aan de reinigingsrechten moet mee
betalen. Daarom mogen de mensen van buiten de gemeente ook best wat bijdragen
aan diverse voorzieningen.
vQQ-zitter zegt, dat in het kader van de tariefsverhoging, die de
minister toepast, deze 32% in 1 jaar tijd een zeer forse verhoging betekent,
waarvan aannemelijk is, dat daaraan geen goedkeuring wordt verleend. Ge
middeld 10% verhoging acht de minister acceptabel. Dit geldt niet voor de
huisvuilbelasting, omdat deze beneden de norm ligt. Daarom is de kans groot,
dat er voor de oplossing van de heer van Essen geen goedkeuring wordt gege
ven.
De heer de Wolf zegt, dat het argument, dat de heer van Essen hanteert,
hem niet zo aanspreekt. Aan de andere kant kan spreker wel met het voorstel
meegaan, omdat spreker is gebleken, dat het tarief in Idaarderadeelverge
leken bij andere gemeenten wel erg laag is. Misschien is het tarief in het
verleden te laag bepaald en is er daarom een goede kans, dat de minister
deze verhoging alsnog zal goedkeuren.
De heer Terpstra vraagt, wanneer de verhoging tot f 5,per m2 niet
wordt, goedgekeurctof dan de verhoging van 10% alsnog kan worden ingevoerd.
Of valt men dan terug op het oude tarief van f 3,75.
voorzitter zegt, dat dan een nieuw besluit zal moeten worden genomen.
De heer de Boer vraagt of deze belasting niet onder de onroerend-goed-
belasting valt.
-6-