-16-
Inüerdaad zijn de vervoerskosten hoog, maar dat waren ze 5 a 6 jaar geleden
ook al. Ook in de buitendorpen is indertijd gezegd, dat het financieel geen
haalbare kaart was, wanneer de gemeente niet bijspringt. Het is een logische
zaak, dit het college voor te houden. En toen bekend was, dat de gemeente
niet meer dan f 17.500,of f 25.000,wilde geven, heeft men gezamenlijk
de schouders er onder gezet en het plan gerealiseerd. Dit zou spreker ook
graag van de Grouwsters willen zien.
De heer Terpstra neemt aan, dat de door de heer van Essen genoemde bij
dragen van de diverse dorpen juist zijn. Spreker zegt, dat de eigen bijdrage
van het Sportcentrum steeds vergeten wordt, maar het bedrag, dat het Sport
centrum jaarlijks in de accommodatie van het sportterrein steekt,is in to
taliteit heel wat hoger, dan het bedrag dat de buitendorpen gezamenlijk in
één keer hebben opgebracht.
De heer Vledder wil zich graag bij de woorden van de heer Meester aan
sluiten. Spreker zegt, dat de sport ieder raadslid nauw aan het hart ligt,
maar er moe€nwel verhoudingen blijven bestaan. Wethouder Draisma heeft zo
even opgemerkt, dat er vanavond wat filosofische argumenten zijn gebruikt.
Maar een dergelijk argument is ook oij punt 8 gebruikt, namelijk, dat er nog
zoveel anders moet gebeuren. De heer van Essen heeft een aantal zaken ge
noemd, zoals brandalarmering, waarover zoveel actie gevoerd is. Ook is er al
jaren gepraat over een zwembad en sporthal. Er is eens gezegd:"Stort wat in
een fonds". Daarom moet men niet alles op één kaart zetten. Het is wellicht
mogelijk, dat het plan niet wordt uitgevoerd, maar dan moet er een ander
plan komen.
Spreker vraagt, waar de bijdrage van de Marfügels is gebleven. Spreker
heeft vernomen, dat die bewaard blijven voor de kantine. Spreker vraagt
zich wel af, hoe het dan straks met die f 70.000,komt, die hier nog over
heen betaald moet worden. Geeft de gemeente straks ook nog een bedrag in de
kantine, want die kan ook niet geheel bekostigd worden. Wanneer de kantine
niet wordt gebouwd, heeft dat dan ook de gevolgen voor de fundering en de
gehele opzet. Voor de door wethouder Draisma gemaakte berekeningen zijn ook
andere berekeningen te maken. Een dorp, dat 2 x zo groot is behoeft niet een
2 x zo duur gebouw. De grondslagen hiervoor liggen praktisch gelijk. Wanneer
men van de stelling uitgaat, dat Grouw 5 x zoveel inwoners heeft als Warte-
na, dan zou Grouw aan bijdragen van de inwoners vergeleken bij Wartena
f 200.000,moeten opbrengen en vergeleken bij Roordahuizum een half mil
joen. Dat zou redelijk zijn. Dan zou men ook moeten gaan vermenigvuldigen.
Daarom vindt spreker het niet verantwoord in één keer f 100 JOOO,voor
één object te geven, met de wetenschap dat wij er dan nog lang niet zijn.
De heer de Wolf zegt, dat men op verschillende manieren kan rekenen.
Spreker merkt op, dat de heer van Essen het percentage, dat de gemeente in
Wartena heeft gegeven en van de inwoners heeft ontvangen, ook op Grouw van
toepassing wil verklaren.Hij meent echter, dat men op andere punten, wat
de sportaccommodatie aangaat, niet erg consequent is geweest. In Grouw heeft
een der verenigingen zelf volledig voor aanleg van velden gezorgd. Dat kan
een reden zijn om de eigen bijdragen wat lager te stellen. Spreker dacht,
dat het voorstel een goede zaak was. Inderdaad moet er nog heel wat gebeu
ren, maar spreker heeft in het Sportcentrum voldoende vertrouwen.
Wethouder Draisma zegt, dat hij zich niet aan de indruk kan onttrekken,
dat het vorige college, wat te veel heeft gedacht aan grote objecten en
daardoor de kleine wat heeft vergeten. In Grouw heerst op het sportveld een
schamele toestand. Deze soort zaken behoort voorrang te hebben boven grote
re objecten zoals zwembad en sporthal.
Spreker zegt, dat in de gehouden besprekingen met het Sportcentrum en
de verenigingen G.A.V.C., Marfügels en de Tennisclub duidelijk naar voren
is gekomen, dat dit plan een haalbare kaart is. Primair is gesteld, dat
het bedrag voor de onderbouw bestemd is.
-17-