-li-
De heer Knossen geeft de volgende algemene beschouwing;
Mijnheer de voorzitter,
Na ruim een jaar lid geweest te zijn van de raad van deze gemeente heb ik
behoefte aan een kleine terugblik.
Ik wil dan namens onze fractie enkele zaken van het afgelopen jaar de revue
laten passeren. Wij hebben ons zeer goed kunnen voorbereiden op de behandeling tot
de invoering van de onroerendgoed belasting met ingang van 1 januari 1977. Onzes
inziéns is de meest rechtvaardige grondslag gekozen. Voorts hebben we als raad
een stap gezet op de weg naar de oplossing van het sociaal probleem van de Bird-
bewoners. Ook hopen wij met de gekozen procedure op de juiste weg te zijn om
een oplossing te zoeken voor de economische problemen voor dit gebied. Wij zijn
ons er echter van bewust dat dit iets zal zijn van de lange adem. Ook kunnen wij
ons indenken dat er misschien sommigen zijn die teleurgesteld zullen zijn over
het besluit van niet aansluiting van dit gebied op het aardgasnet. Onze fractie
is echter van mening dat wij een oplossing moeten zoeken voor dit gebied op lan
ge termijn, zodat de bewoners duidelijk weten waar ze aan toe zijn.
De realisering van de verbetering van de J.W. de Visserwei van Grouw naar
VJartena stemt ons eveneens tot voldoening, wij moeten echter rekening houden met
hoge onderhoudskosten, reden waarom onze fractie ook gepleit heeft voor het in
stellen van een onderhoudsfonds voor deze weg, zodat we enigszins planmatig te
werk kunnen gaan.
Gelukkig zijn wij met de goedkeuring, door Gedeputeerde Staten, van het
uitbreidingsplan voor het dorp Warga, na een eerder geïncasseerde teleurstelling.
Zeer ingenomen was onze fractie met het voorstel tot verbetering, in eigen be
heer, van het korfbalveld in Wartena. Voor sportminnend Wartena een flinke stap
dichterbij tot de oplossing van het veldenprobleem, hoewel wij ons realiseren dat
de eerste twee jaar nog wel wat improvisatievermogen zal vergen van de betrokke
nen. Wij hopen dat dit steeds opgelost zal worden in goed overleg met het college
van burgemeester en wethouders.
Ook met betrekking tot verbetering van de sportaccommodatie te Grouw is
een belangrijke stap gezet. Hiervoor wil onze fractie het college nogmaals dank
zeggen voor het werk hiervoor verricht. Wij kunnen nu zeggen dat de veldaccommo-
daties van de verschillende dorpen op peil zijn.
Wat betreft de regiovorming wachten wij met belangstelling af wat dit
overleg over verschillende zaken kan opleveren. Bij de aanneming van dit voor
stel heeft onze fractie er reeds op gewezen dat het moeilijk genoeg zal zijn om
tot een standpunt te komen in dit orgaan, waarin gemeenten met zeer verschillen
de achtergronden zijn vertegenwoordigd.
Gestart werd dit jaar met de bouw van de gecombineerde christelijke kleuter
en lagere school te Grouw, een flinke stap vooruit voor dit onderwijs. Hierdoor-
krijgen wij straks weer de beschikking over twee gebouwen.
Met betrekking tot de huisvesting van de gemeentelijke diensten is vermel
denswaard de start van de bouw van de garage met opslagplaats voor de dienst
gemeentewerken.
Mijnheer de voorzitter, als men ruim een jaar lid mag zijn van dit bestuurs
college komt men af en toe helaas tot de conclusie dat de burger de raad, of het
college van burgemeester en wethouders of de burgemeester ziet als een tegen
stander op zijn weg. Ik zeg helaas omdat de drie organen, door mij genoemd, er
tenslotte zijn ten dienste van de ingezetenen. Wij zullen ons wel eens moeten
afvragen in hoeverre wij hier zelf schuldig aan kunnen zijn.
Onze fractie is van mening dat Wij niet een heersende maar een dienende
taak hebben. Als raad ontkomen wij er niet aan om beslissingen te nemen die voor
de individuele burger misschien niet altijd te begrijpen maar voor de
gehele gemeenschap noodzakelijk zijn. Als overheid zullen wij de ontwikkelingen
steeds kritisch moeten volgen en ons beleid zal steeds een wegen en overwegen
moeten zijn van de diverse mogelijkheden. De raad zal er voor moeten waken niet
te veel van gemeentewege te organiseren, maar zo veel mogelijk het particulier
initiatief zich laten ontplooien. Wij zullen, indien nodig, echter we1 initia
tieven moeten nemen om voorwaarden hiervoor te scheppen, zodat de ingezetenen hun
verantwoordelijkheid waar kunnen maken en hun persoonlijke— en groepsvrijheid
kunnen beleven.
-12-