het gemeenschappelijk standpunt van b en w kent, namelijk af
wijzing van de plannen III, IV en V. Over blijven er derhalve de
plannen I en II. De in de stukken genoemde cijfers zijn niet in
teressant. Ze zijn, evenals de tekeningen deels van remeentewerken
deels van de wethouders. De grondkosten van beide plannen zijn vrij
wel identiek namelijk f 55-per rc^. Spreker meent, dat de raad in
dit verband niet behoeft te praten over de rondweg. Deze heeft hier
mee niets te maken. Ook het stukrijden van straten ligt buiten de
grondkosten
Wel kan men twisten over de aanleg van de rondweg. De heer Vled-
der is het hierover met spreker eens. Kaar men kan praten zoals men
wil, de rondweg komt er, nu of over 4 a 5 jaar.
De heer Vledder heeft nog gevraagd naar adviezen van de N.C.H.B.
en de architect. B en w hebben gemeend dit niet te moeten doen. Het
college was van mening, dat de raad hierover zelfstandig moest be
slissen. In het bestuur van Friesma Fiem is de plaats ook besproken.
Ook hier heeft men er voor gewaarschuwd geen risico's in te bouwen
en vindt men beide plannen acceptabel. De heffing van f 1,50, waar
de heer Vledder op doelt betreft het bedrag bestemd voor bovenwijdse
voorzieningen. Dat kan b.v. zijn een hek om een kleuterschool. Het
kan ook een deel van de rondweg zijn. De omvang van deze"pot,:is eind
dit jaar ongeveer een half miljoen gulden. Wil men de gemeenschaps
ruimte van het tehuis groter maken, dan valt deze voorziening buiten
de bouwkosten en zal de gemeente dit moeten betalen.
N.a.v. de vraag van de heren van Belle en de Boer aangaande het
woningbouwbeleid merkt spreker op, dat dit een kwestie van beleid is.
Dit beleid kan omgebogen worden. Spreker meent dat men nooit een be
leid moet uitstippelen, dat op een dogma gaat gelijken. Indien men
meent, dat het tehuis in de bebouwing moet staan, moet men met de
woningbouw beginnen. Wat er wel en niet kan gebeuren is een feeling.
Spreker dacht, dat de heer ICnossen te optimistisch was met het
in 6 7 maanden besteksklaar maken van het plan. Een schetsplan bij
het kanaal kan lang duren omdat dit ontwerp via de P.P.D. en de com
missie van vooroverleg moet lopen alvorens gedeputeerde staten hun
goedkeuring geven. Men zal zeker grote betekenis aan het ontwerp
hechten. Ook de schoonheidskommissie.
Wethouder Draisma zegt, even te willen ingaan op de opmerking
van de heer Vledder over de kwaliteit van de nota's en tekeningen.
Naast alle kritiek heeft spreker er moeite mee, dat de voorzitter ge
zegd heeft: "het is rommelig en ik heb er moeite mee gehad de meer
derheidsnota te paraferen". Ook de wethouders hadden graag gezien,
dat het anders was gelopen en dat b en w de nota hadden ondertekend,
als de voorzitter maar roet zijn eigen minderheidsrapport eerder in
b en w was gekomen. Daaraan heeft het jammergenoeg ontbroken. In dit
licht bezien heeft spreker met de uitlating van de voorzitter wel wat
moeite. Spreker merkt op, dat men natuurlijk over de rapportage kan
twisten. Maar dit rapport steekt toch wel schitil af bij de schamele
gegevens die het vorige college met betrekking tot de plaats van het
tehuis aan de raad heeft verstrekt.
Hierna volgt eer? korte pauze, waarvoor de voorzitter de ver
gadering schorst.
Na heropening vervolgt wethouder Draisma zijn betoog met er op
te wijzen, dat mevr. Spijkstra-Nijdam in de begrotingsvergadering van
decentoer 1974 heeft gevraagd naar een plaats van het tehuis aan de
Stationsweg. Spreker citeert hierna een passage uit de notulen van
die vergadering inzake een voorbereidingsbesluit voor de bouw van de
nieuwe bijzondere school waaruit blijkt, dat b en w ten aanzien van
de plaats geen soepelheid zouden betrachten, omdat de plaats met zorg
was uitgekozen en geen enkel tehuis in Nederland dichter bij de be
bouwde kom zou komen te liggen dan dit gebouw.