De raad der gemeente Idaarderadeel;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.7 jan.1977
no. 76
gelet op het advies van de bij het centraal overleg vertegenwoordi
gende organisaties
bes luit:
vast te stellen de volgende
Veroraenmg tot wijziging van de rechtspo
sitieregelingen voor het personeel in dienst
der gemeente Idaarderadeel.
Artikel I
Wijziging Algemeen Ambtenarenreglement.
Artikel A2
Onderdeel f wordt g.
Onderdeel e herschrijven als volgt:
e. het onderwijzend personeel bij een inrichting van openbaar onderwijs;
een nieuw onderdeel f toevoegen luidende:
f. het niet onderwijzend personeel bij een inrichting van openbaar onder
wijs, indien en voor zover daarvoor de rechtspositie bij of krachtens
wet is geregeld.
Artikel D 10, lid 1
In de laatste volzin de woorden- "het -eerstvolgende kalenderjaar" ver
vangen door de woorden "een volgend kalenderjaar".
Artikel D 12, lid 1 onder m
Herschrijven als volgt:
m. bij overlijden van echtgeno(o)t(e)ouders, pleegouders, stiefouders,
schoonouders, kinderen, pleegkinderen, stief- en aangehuwde kinderen,
vier dagen, van bloed- en aanverwanten in de tweede graad, twee da
gen, van overige bloed- en aanverwanten tot de vierde graad ingesloten
en van de echtgeno(o)t(e) van zuster of brwer voor ten hoogste
een dag, tenzij de ambtenaar is belast met de regeling der begrafenis
of (en) nalatenschap, in welk geval verlof voor ten hoogste vier dagen
wordt verleend.
/Artikel E 5, lid 1 onder e
Herschrijven als volgt:
e. of verdere maatregelen of voorzieningen nodig zijn in het belang van
het herstel van zijn gezondheid, dan wel in het belang van het behoud,
het herstel of bevordering van zijn arbeidsgeschiktheid als bedoeld
in de artikelen P 6, P 7 en P 8 van de Algemene burgerlijke pensioen
wet.
Aan artikel S 5 een derde lid toevoegen, luidende als volgt:
3. Burgemeester en wethouders verzoeken, indien daar naar het oordeel
van de in lid 1 bedoelde geneeskundige aanleiding toe is, de directie
van het Algemeen burgerlijk pensioenfonds de ambtenaar in aanmerking
te brengen voor maatregelen of voorzieningen in het belang van het
herstel van zijn gezondheid dan wel in het belang van het behoud, het
herstel of de bevordering van zijn arbeidsgeschiktheid als bedoeld in
de artikelen P 6, P 7 en P 8 van de Algemene burgerlijke pensioenwet.